وَمَن يَكۡسِبۡ خَطِيٓـَٔةً أَوۡ إِثۡمٗا ثُمَّ يَرۡمِ بِهِۦ بَرِيٓـٔٗا فَقَدِ ٱحۡتَمَلَ بُهۡتَٰنٗا وَإِثۡمٗا مُّبِينٗا
Wie een fout of een zonde begaat en deze dan aan een onschuldige toeschrijft, draagt voorzeker de (schuld van) lastering en klaarblijkelijke zonde
Author: Van De Taal