UAE Prayer Times

  • Dubai
  • Abu Dhabi
  • Sharjah
  • Ajman
  • Fujairah
  • Umm Al Quwain
  • Ras Al Khaimah
  • Quran Translations

Surah Al-Araf - Danish Translation by Van De Taal


الٓمٓصٓ

Alif Laam Miem Saad
Surah Al-Araf, Verse 1


كِتَٰبٌ أُنزِلَ إِلَيۡكَ فَلَا يَكُن فِي صَدۡرِكَ حَرَجٞ مِّنۡهُ لِتُنذِرَ بِهِۦ وَذِكۡرَىٰ لِلۡمُؤۡمِنِينَ

(Dit is) een (volmaakt) Boek, dat aan u is geopenbaard - laat er daarom in uw hart geen twijfel zijn om er mede te waarschuwen; - dit is een aanmaning voor de gelovigen
Surah Al-Araf, Verse 2


ٱتَّبِعُواْ مَآ أُنزِلَ إِلَيۡكُم مِّن رَّبِّكُمۡ وَلَا تَتَّبِعُواْ مِن دُونِهِۦٓ أَوۡلِيَآءَۗ قَلِيلٗا مَّا تَذَكَّرُونَ

Volgt hetgeen u van uw Heer is nedergezonden en volgt geen andere vrienden, dan Hem. Hoe gering is de lering, die gij trekt
Surah Al-Araf, Verse 3


وَكَم مِّن قَرۡيَةٍ أَهۡلَكۡنَٰهَا فَجَآءَهَا بَأۡسُنَا بَيَٰتًا أَوۡ هُمۡ قَآئِلُونَ

Hoeveel steden hebben Wij vernietigd! Onze straf overviel hen gedurende de nacht of tijdens de middagslaap
Surah Al-Araf, Verse 4


فَمَا كَانَ دَعۡوَىٰهُمۡ إِذۡ جَآءَهُم بَأۡسُنَآ إِلَّآ أَن قَالُوٓاْ إِنَّا كُنَّا ظَٰلِمِينَ

Toen Onze Straf over hen kwam, was hun roep niet anders dan dat zij zeiden: "Wij waren inderdaad onrechtvaardigen
Surah Al-Araf, Verse 5


فَلَنَسۡـَٔلَنَّ ٱلَّذِينَ أُرۡسِلَ إِلَيۡهِمۡ وَلَنَسۡـَٔلَنَّ ٱلۡمُرۡسَلِينَ

En Wij zullen degenen, tot wie de boodschappers waren gezonden zeker ter verantwoording roepen; en Wij zullen de boodschappers ook ondervragen
Surah Al-Araf, Verse 6


فَلَنَقُصَّنَّ عَلَيۡهِم بِعِلۡمٖۖ وَمَا كُنَّا غَآئِبِينَ

Dan zullen Wij hen zeker met kennis doen weten; want Wij zijn nooit afwezig
Surah Al-Araf, Verse 7


وَٱلۡوَزۡنُ يَوۡمَئِذٍ ٱلۡحَقُّۚ فَمَن ثَقُلَتۡ مَوَٰزِينُهُۥ فَأُوْلَـٰٓئِكَ هُمُ ٱلۡمُفۡلِحُونَ

En het wegen (der menselijke daden) zal op die Dag eerlijk zijn. Degenen, wier schalen zwaar zijn zullen slagen
Surah Al-Araf, Verse 8


وَمَنۡ خَفَّتۡ مَوَٰزِينُهُۥ فَأُوْلَـٰٓئِكَ ٱلَّذِينَ خَسِرُوٓاْ أَنفُسَهُم بِمَا كَانُواْ بِـَٔايَٰتِنَا يَظۡلِمُونَ

En zij, wier schalen licht zullen zijn, deden hun zielen tekort, omdat zij ten opzichte van Onze tekenen onrechtvaardig waren
Surah Al-Araf, Verse 9


وَلَقَدۡ مَكَّنَّـٰكُمۡ فِي ٱلۡأَرۡضِ وَجَعَلۡنَا لَكُمۡ فِيهَا مَعَٰيِشَۗ قَلِيلٗا مَّا تَشۡكُرُونَ

En Wij hebben u op aarde gevestigd en u daarop van middelen van bestaan voorzien. Hoe weinig dankbaar zijt gij
Surah Al-Araf, Verse 10


وَلَقَدۡ خَلَقۡنَٰكُمۡ ثُمَّ صَوَّرۡنَٰكُمۡ ثُمَّ قُلۡنَا لِلۡمَلَـٰٓئِكَةِ ٱسۡجُدُواْ لِأٓدَمَ فَسَجَدُوٓاْ إِلَّآ إِبۡلِيسَ لَمۡ يَكُن مِّنَ ٱلسَّـٰجِدِينَ

Wij schiepen u, daarna vormden Wij u; toen zeiden Wij tot de engelen: "Onderwerpt u aan Adam" en zij onderwierpen zich, behalve Iblies; hij behoorde niet tot degenen die zich onderwierpen
Surah Al-Araf, Verse 11


قَالَ مَا مَنَعَكَ أَلَّا تَسۡجُدَ إِذۡ أَمَرۡتُكَۖ قَالَ أَنَا۠ خَيۡرٞ مِّنۡهُ خَلَقۡتَنِي مِن نَّارٖ وَخَلَقۡتَهُۥ مِن طِينٖ

(Allah) zeide: "Wat belette u, u te onderwerpen, toen Ik u (dat) gebood?" Hij antwoordde: "Ik ben beter dan hij. Gij hebt mij uit vuur en hem uit klei geschapen
Surah Al-Araf, Verse 12


قَالَ فَٱهۡبِطۡ مِنۡهَا فَمَا يَكُونُ لَكَ أَن تَتَكَبَّرَ فِيهَا فَٱخۡرُجۡ إِنَّكَ مِنَ ٱلصَّـٰغِرِينَ

(Allah) zeide: "Verwijder u van hier - het is niet aan u, hier hoogmoedig te zijn. Ga heen, gij behoort stellig tot degenen, die vernederd zullen worden
Surah Al-Araf, Verse 13


قَالَ أَنظِرۡنِيٓ إِلَىٰ يَوۡمِ يُبۡعَثُونَ

Hij zeide: "Geef mij uitstel tot aan de Dag waarop zij zullen worden opgewekt
Surah Al-Araf, Verse 14


قَالَ إِنَّكَ مِنَ ٱلۡمُنظَرِينَ

(Allah) zeide: "U is uitstel verleend
Surah Al-Araf, Verse 15


قَالَ فَبِمَآ أَغۡوَيۡتَنِي لَأَقۡعُدَنَّ لَهُمۡ صِرَٰطَكَ ٱلۡمُسۡتَقِيمَ

Hij antwoordde: "Welnu, daar gij mij liet dwalen zal ik hen voorzeker in de weg gaan zitten op Uw rechte pad
Surah Al-Araf, Verse 16


ثُمَّ لَأٓتِيَنَّهُم مِّنۢ بَيۡنِ أَيۡدِيهِمۡ وَمِنۡ خَلۡفِهِمۡ وَعَنۡ أَيۡمَٰنِهِمۡ وَعَن شَمَآئِلِهِمۡۖ وَلَا تَجِدُ أَكۡثَرَهُمۡ شَٰكِرِينَ

Dan zal ik mij gewis vóór hen en achter hen en van hun rechter en van hun linker zijde tonen en Gij zult de meesten hunner niet dankbaar vinden
Surah Al-Araf, Verse 17


قَالَ ٱخۡرُجۡ مِنۡهَا مَذۡءُومٗا مَّدۡحُورٗاۖ لَّمَن تَبِعَكَ مِنۡهُمۡ لَأَمۡلَأَنَّ جَهَنَّمَ مِنكُمۡ أَجۡمَعِينَ

(Allah) zeide: "Ga heen, veracht en verworpen. Wie hunner u ook zal volgen, Ik zal voorzeker de hel met u allen vullen
Surah Al-Araf, Verse 18


وَيَـٰٓـَٔادَمُ ٱسۡكُنۡ أَنتَ وَزَوۡجُكَ ٱلۡجَنَّةَ فَكُلَا مِنۡ حَيۡثُ شِئۡتُمَا وَلَا تَقۡرَبَا هَٰذِهِ ٱلشَّجَرَةَ فَتَكُونَا مِنَ ٱلظَّـٰلِمِينَ

O, Adam, vertoef met uw vrouw in de tuin en eet, wat gij wilt, maar nadert deze boom niet, anders zult gij tot de onrechtvaardigen behoren
Surah Al-Araf, Verse 19


فَوَسۡوَسَ لَهُمَا ٱلشَّيۡطَٰنُ لِيُبۡدِيَ لَهُمَا مَا وُۥرِيَ عَنۡهُمَا مِن سَوۡءَٰتِهِمَا وَقَالَ مَا نَهَىٰكُمَا رَبُّكُمَا عَنۡ هَٰذِهِ ٱلشَّجَرَةِ إِلَّآ أَن تَكُونَا مَلَكَيۡنِ أَوۡ تَكُونَا مِنَ ٱلۡخَٰلِدِينَ

Maar Satan fluisterde hun (boze ingevingen) in opdat hij hun naaktheid zou openbaren die voor hen verborgen was, en zeide: "Uw Heer heeft u deze boom alleen verboden, opdat gij geen engelen of eeuwig- levenden zoudt worden
Surah Al-Araf, Verse 20


وَقَاسَمَهُمَآ إِنِّي لَكُمَا لَمِنَ ٱلنَّـٰصِحِينَ

En hij zwoer tot hen: "Ik ben voor u zeker een oprechte raadgever
Surah Al-Araf, Verse 21


فَدَلَّىٰهُمَا بِغُرُورٖۚ فَلَمَّا ذَاقَا ٱلشَّجَرَةَ بَدَتۡ لَهُمَا سَوۡءَٰتُهُمَا وَطَفِقَا يَخۡصِفَانِ عَلَيۡهِمَا مِن وَرَقِ ٱلۡجَنَّةِۖ وَنَادَىٰهُمَا رَبُّهُمَآ أَلَمۡ أَنۡهَكُمَا عَن تِلۡكُمَا ٱلشَّجَرَةِ وَأَقُل لَّكُمَآ إِنَّ ٱلشَّيۡطَٰنَ لَكُمَا عَدُوّٞ مُّبِينٞ

Zo deed hij hen door bedrog vallen. En toen zij van de boom proefden werd hun naaktheid hun duidelijk en zij begonnen zich te bedekken met bladeren uit de tuin. En hun Heer riep hen en zeide: "Verbood Ik u die boom niet en zeide Ik niet tot u: 'Voorwaar, Satan is een openlijke vijand voor u
Surah Al-Araf, Verse 22


قَالَا رَبَّنَا ظَلَمۡنَآ أَنفُسَنَا وَإِن لَّمۡ تَغۡفِرۡ لَنَا وَتَرۡحَمۡنَا لَنَكُونَنَّ مِنَ ٱلۡخَٰسِرِينَ

Zij antwoordden: "Onze Heer, wij hebben onszelf onrecht aangedaan en als Gij ons niet vergeeft en ons niet genadig zijt, zullen wij zeker tot de benadeelden behoren
Surah Al-Araf, Verse 23


قَالَ ٱهۡبِطُواْ بَعۡضُكُمۡ لِبَعۡضٍ عَدُوّٞۖ وَلَكُمۡ فِي ٱلۡأَرۡضِ مُسۡتَقَرّٞ وَمَتَٰعٌ إِلَىٰ حِينٖ

Hij zeide: "Gaat heen, sommigen uwer zullen de vijanden van anderen zijn. En er is voor u een verblijfplaats op aarde en een voorziening voor een bepaalde tijd
Surah Al-Araf, Verse 24


قَالَ فِيهَا تَحۡيَوۡنَ وَفِيهَا تَمُوتُونَ وَمِنۡهَا تُخۡرَجُونَ

Hij zeide: "Gij zult daarop leven en sterven en gij zult daarvandaan worden opgewekt
Surah Al-Araf, Verse 25


يَٰبَنِيٓ ءَادَمَ قَدۡ أَنزَلۡنَا عَلَيۡكُمۡ لِبَاسٗا يُوَٰرِي سَوۡءَٰتِكُمۡ وَرِيشٗاۖ وَلِبَاسُ ٱلتَّقۡوَىٰ ذَٰلِكَ خَيۡرٞۚ ذَٰلِكَ مِنۡ ءَايَٰتِ ٱللَّهِ لَعَلَّهُمۡ يَذَّكَّرُونَ

O kinderen van Adam! Wij hebben u inderdaad kleding nedergezonden om uw naaktheid te bedekken, ook om sierlijk te zijn, doch het kleed van godsvrucht is het beste. Dit is een teken van Allah, opdat zij er lering uit mogen trekken
Surah Al-Araf, Verse 26


يَٰبَنِيٓ ءَادَمَ لَا يَفۡتِنَنَّكُمُ ٱلشَّيۡطَٰنُ كَمَآ أَخۡرَجَ أَبَوَيۡكُم مِّنَ ٱلۡجَنَّةِ يَنزِعُ عَنۡهُمَا لِبَاسَهُمَا لِيُرِيَهُمَا سَوۡءَٰتِهِمَآۚ إِنَّهُۥ يَرَىٰكُمۡ هُوَ وَقَبِيلُهُۥ مِنۡ حَيۡثُ لَا تَرَوۡنَهُمۡۗ إِنَّا جَعَلۡنَا ٱلشَّيَٰطِينَ أَوۡلِيَآءَ لِلَّذِينَ لَا يُؤۡمِنُونَ

O kinderen van Adam, laat Satan u niet verleiden, zoals hij uw ouders uit het paradijs verdreef en hen van hun kleding beroofde, opdat hij hun hun naaktheid mocht tonen. Waarlijk, hij ziet u, hij en zijn stam, vanwaar gij hen niet ziet. Voorzeker, Wij hebben de duivelen vrienden gemaakt voor hen, die niet geloven
Surah Al-Araf, Verse 27


وَإِذَا فَعَلُواْ فَٰحِشَةٗ قَالُواْ وَجَدۡنَا عَلَيۡهَآ ءَابَآءَنَا وَٱللَّهُ أَمَرَنَا بِهَاۗ قُلۡ إِنَّ ٱللَّهَ لَا يَأۡمُرُ بِٱلۡفَحۡشَآءِۖ أَتَقُولُونَ عَلَى ٱللَّهِ مَا لَا تَعۡلَمُونَ

En wanneer zij een slechte daad begaan, zeggen zij: "Wij zagen dit onze vaderen doen en Allah heeft het ons bevolen." Zeg: "Allah legt nooit slechte daden op. Zegt gij van Allah, hetgeen gij niet weet
Surah Al-Araf, Verse 28


قُلۡ أَمَرَ رَبِّي بِٱلۡقِسۡطِۖ وَأَقِيمُواْ وُجُوهَكُمۡ عِندَ كُلِّ مَسۡجِدٖ وَٱدۡعُوهُ مُخۡلِصِينَ لَهُ ٱلدِّينَۚ كَمَا بَدَأَكُمۡ تَعُودُونَ

Zeg: "Mijn Heer heeft rechtvaardigheid bevolen. En dat gij uw aandacht behoorlijk richt, ter gelegenheid van aanbidding en Hem aanroept in zuivere gehoorzaamheid aan Hem. Zoals Hij u deed ontstaan, zo zult gij wederkeren
Surah Al-Araf, Verse 29


فَرِيقًا هَدَىٰ وَفَرِيقًا حَقَّ عَلَيۡهِمُ ٱلضَّلَٰلَةُۚ إِنَّهُمُ ٱتَّخَذُواْ ٱلشَّيَٰطِينَ أَوۡلِيَآءَ مِن دُونِ ٱللَّهِ وَيَحۡسَبُونَ أَنَّهُم مُّهۡتَدُونَ

Sommigen heeft Hij geleid en bij anderen werd dwaling hun deel. Zij hebben buiten Allah de bozen tot vrienden genomen en zij denken dat zij recht geleid zijn
Surah Al-Araf, Verse 30


۞يَٰبَنِيٓ ءَادَمَ خُذُواْ زِينَتَكُمۡ عِندَ كُلِّ مَسۡجِدٖ وَكُلُواْ وَٱشۡرَبُواْ وَلَا تُسۡرِفُوٓاْۚ إِنَّهُۥ لَا يُحِبُّ ٱلۡمُسۡرِفِينَ

O, kinderen van Adam, let op uw uiterlijk ter gelegenheid van aanbidding en eet en drinkt, maar verkwist niet. Hij heeft de verkwisters zeker niet lief
Surah Al-Araf, Verse 31


قُلۡ مَنۡ حَرَّمَ زِينَةَ ٱللَّهِ ٱلَّتِيٓ أَخۡرَجَ لِعِبَادِهِۦ وَٱلطَّيِّبَٰتِ مِنَ ٱلرِّزۡقِۚ قُلۡ هِيَ لِلَّذِينَ ءَامَنُواْ فِي ٱلۡحَيَوٰةِ ٱلدُّنۡيَا خَالِصَةٗ يَوۡمَ ٱلۡقِيَٰمَةِۗ كَذَٰلِكَ نُفَصِّلُ ٱلۡأٓيَٰتِ لِقَوۡمٖ يَعۡلَمُونَ

Zeg: "Wie heeft de tooi van Allah, die Hij voor Zijn dienaren heeft voortgebracht en zuiver voedsel, verboden?" Zeg: "Zij zijn ook voor de gelovigen in het tegenwoordige leven en voor hen alleen op de Dag der Opstanding." Zo verklaren Wij de tekenen aan een volk dat begrip heeft
Surah Al-Araf, Verse 32


قُلۡ إِنَّمَا حَرَّمَ رَبِّيَ ٱلۡفَوَٰحِشَ مَا ظَهَرَ مِنۡهَا وَمَا بَطَنَ وَٱلۡإِثۡمَ وَٱلۡبَغۡيَ بِغَيۡرِ ٱلۡحَقِّ وَأَن تُشۡرِكُواْ بِٱللَّهِ مَا لَمۡ يُنَزِّلۡ بِهِۦ سُلۡطَٰنٗا وَأَن تَقُولُواْ عَلَى ٱللَّهِ مَا لَا تَعۡلَمُونَ

Zeg: "Mijn Heer heeft slechte daden, hetzij openlijk of in het geheim verboden en zonde en ongerechtvaardigde opstand; en dat gij datgene met Allah vereenzelvigt, waarvoor Hij u geen gezag heeft nedergezonden en dat gij van Allah dingen zegt, die gij niet weet
Surah Al-Araf, Verse 33


وَلِكُلِّ أُمَّةٍ أَجَلٞۖ فَإِذَا جَآءَ أَجَلُهُمۡ لَا يَسۡتَأۡخِرُونَ سَاعَةٗ وَلَا يَسۡتَقۡدِمُونَ

En er is voor elk volk een termijn en wanneer hun tijd is gekomen kunnen zij geen uur uitstel krijgen, noch kunnen zij vooruitlopen
Surah Al-Araf, Verse 34


يَٰبَنِيٓ ءَادَمَ إِمَّا يَأۡتِيَنَّكُمۡ رُسُلٞ مِّنكُمۡ يَقُصُّونَ عَلَيۡكُمۡ ءَايَٰتِي فَمَنِ ٱتَّقَىٰ وَأَصۡلَحَ فَلَا خَوۡفٌ عَلَيۡهِمۡ وَلَا هُمۡ يَحۡزَنُونَ

O, kinderen van Adam, als boodschappers vanuit uw midden tot u komen, die Mijn tekenen aan u voordragen, dan, wie Allah zal vrezen en goede daden verrichten, over hen zal geen vrees komen, noch zullen zij treuren
Surah Al-Araf, Verse 35


وَٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَٱسۡتَكۡبَرُواْ عَنۡهَآ أُوْلَـٰٓئِكَ أَصۡحَٰبُ ٱلنَّارِۖ هُمۡ فِيهَا خَٰلِدُونَ

Maar zij, die Onze tekenen verloochenen en er zich hoogmoedig van afkeren - dezen zullen de bewoners van het Vuur zijn, zij zullen daarin vertoeven
Surah Al-Araf, Verse 36


فَمَنۡ أَظۡلَمُ مِمَّنِ ٱفۡتَرَىٰ عَلَى ٱللَّهِ كَذِبًا أَوۡ كَذَّبَ بِـَٔايَٰتِهِۦٓۚ أُوْلَـٰٓئِكَ يَنَالُهُمۡ نَصِيبُهُم مِّنَ ٱلۡكِتَٰبِۖ حَتَّىٰٓ إِذَا جَآءَتۡهُمۡ رُسُلُنَا يَتَوَفَّوۡنَهُمۡ قَالُوٓاْ أَيۡنَ مَا كُنتُمۡ تَدۡعُونَ مِن دُونِ ٱللَّهِۖ قَالُواْ ضَلُّواْ عَنَّا وَشَهِدُواْ عَلَىٰٓ أَنفُسِهِمۡ أَنَّهُمۡ كَانُواْ كَٰفِرِينَ

Wie is dan onrechtvaardiger dan hij, die een leugen over Allah uit, of Zijn tekenen verloochent? Dezen zijn het, die hun lot zullen ondergaan zoals het verordend is, als Onze boodschappers hen zullen bezoeken om hun zielen weg te nemen; zij zullen hen vragen: "Waar is hetgeen gij naast Allah aanriept?" Zij zullen antwoorden: "Het is verloren geraakt voor ons," en zij zullen tegen zichzelven getuigen, dat zij ongelovig waren
Surah Al-Araf, Verse 37


قَالَ ٱدۡخُلُواْ فِيٓ أُمَمٖ قَدۡ خَلَتۡ مِن قَبۡلِكُم مِّنَ ٱلۡجِنِّ وَٱلۡإِنسِ فِي ٱلنَّارِۖ كُلَّمَا دَخَلَتۡ أُمَّةٞ لَّعَنَتۡ أُخۡتَهَاۖ حَتَّىٰٓ إِذَا ٱدَّارَكُواْ فِيهَا جَمِيعٗا قَالَتۡ أُخۡرَىٰهُمۡ لِأُولَىٰهُمۡ رَبَّنَا هَـٰٓؤُلَآءِ أَضَلُّونَا فَـَٔاتِهِمۡ عَذَابٗا ضِعۡفٗا مِّنَ ٱلنَّارِۖ قَالَ لِكُلّٖ ضِعۡفٞ وَلَٰكِن لَّا تَعۡلَمُونَ

Hij zal zeggen: "Gaat onder de volkeren van djinn en mensen die vóór u heengingen, het Vuur binnen." Steeds wanneer een volk er binnengaat zal het zijn zustervolk vervloeken, totdat, wanneer zij er allen opeenvolgend in zijn aangekomen, de laatsten over de eersten hunner zullen zeggen: "Onze Heer, dezen deden ons dwalen, geef hun daarom een dubbele straf van het Vuur." Hij (Allah) zal zeggen: "Er is voor iedereen het dubbele, maar gij weet het niet
Surah Al-Araf, Verse 38


وَقَالَتۡ أُولَىٰهُمۡ لِأُخۡرَىٰهُمۡ فَمَا كَانَ لَكُمۡ عَلَيۡنَا مِن فَضۡلٖ فَذُوقُواْ ٱلۡعَذَابَ بِمَا كُنتُمۡ تَكۡسِبُونَ

En de eersten hunner zullen tot de laatsten zeggen: "Gij zijt niet boven ons verheven, smaakt daarom de straf voor al hetgeen gij deedt
Surah Al-Araf, Verse 39


إِنَّ ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَٱسۡتَكۡبَرُواْ عَنۡهَا لَا تُفَتَّحُ لَهُمۡ أَبۡوَٰبُ ٱلسَّمَآءِ وَلَا يَدۡخُلُونَ ٱلۡجَنَّةَ حَتَّىٰ يَلِجَ ٱلۡجَمَلُ فِي سَمِّ ٱلۡخِيَاطِۚ وَكَذَٰلِكَ نَجۡزِي ٱلۡمُجۡرِمِينَ

Voorzeker, voor hen die Onze tekenen verloochenen en er zich hoogmoedig van afwenden, zullen de poorten van de Hemel niet worden geopend, noch zullen zij in het paradijs komen; eer zou een kameel door het oog van een naald gaan. En zo vergelden Wij de daden der schuldigen
Surah Al-Araf, Verse 40


لَهُم مِّن جَهَنَّمَ مِهَادٞ وَمِن فَوۡقِهِمۡ غَوَاشٖۚ وَكَذَٰلِكَ نَجۡزِي ٱلظَّـٰلِمِينَ

Zij zullen de hel tot bed en bedekkingen hebben. En zo vergelden Wij de onrechtvaardigen
Surah Al-Araf, Verse 41


وَٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ وَعَمِلُواْ ٱلصَّـٰلِحَٰتِ لَا نُكَلِّفُ نَفۡسًا إِلَّا وُسۡعَهَآ أُوْلَـٰٓئِكَ أَصۡحَٰبُ ٱلۡجَنَّةِۖ هُمۡ فِيهَا خَٰلِدُونَ

Maar, die geloven en goede werken verrichten - Wij belasten geen ziel boven haar vermogen - dezen zullen de bewoners van het paradijs zijn, zij zullen daarin vertoeven
Surah Al-Araf, Verse 42


وَنَزَعۡنَا مَا فِي صُدُورِهِم مِّنۡ غِلّٖ تَجۡرِي مِن تَحۡتِهِمُ ٱلۡأَنۡهَٰرُۖ وَقَالُواْ ٱلۡحَمۡدُ لِلَّهِ ٱلَّذِي هَدَىٰنَا لِهَٰذَا وَمَا كُنَّا لِنَهۡتَدِيَ لَوۡلَآ أَنۡ هَدَىٰنَا ٱللَّهُۖ لَقَدۡ جَآءَتۡ رُسُلُ رَبِّنَا بِٱلۡحَقِّۖ وَنُودُوٓاْ أَن تِلۡكُمُ ٱلۡجَنَّةُ أُورِثۡتُمُوهَا بِمَا كُنتُمۡ تَعۡمَلُونَ

Welke wrok er ook in hun hart moge zijn, wij zullen deze van hen verwijderen. Er zullen rivieren voor hen vloeien. En zij zullen zeggen: "Alle lof komt Allah toe, Die ons hiertoe heeft geleid. En als Allah ons niet had terechtgewezen, hadden wij geen leiding kunnen vinden. De boodschappers van onze Heer brachten inderdaad de waarheid." En er zal hen worden toegeroepen: "Dit is het paradijs, dat u als erfdeel is gegeven, voor hetgeen gij deedt
Surah Al-Araf, Verse 43


وَنَادَىٰٓ أَصۡحَٰبُ ٱلۡجَنَّةِ أَصۡحَٰبَ ٱلنَّارِ أَن قَدۡ وَجَدۡنَا مَا وَعَدَنَا رَبُّنَا حَقّٗا فَهَلۡ وَجَدتُّم مَّا وَعَدَ رَبُّكُمۡ حَقّٗاۖ قَالُواْ نَعَمۡۚ فَأَذَّنَ مُؤَذِّنُۢ بَيۡنَهُمۡ أَن لَّعۡنَةُ ٱللَّهِ عَلَى ٱلظَّـٰلِمِينَ

De bewoners van het paradijs zullen naar de bewoners van de hel roepen: "Wij hebben bevonden waar te zijn, wat onze Heer ons beloofde. Hebt gij ook bevonden, waar te zijn wat uw Heer u beloofde?" Zij zullen zeggen: "Ja." Dan zal er een woordvoerder onder hen verkondigen: "De vloek van Allah rust op de onrechtvaardigen
Surah Al-Araf, Verse 44


ٱلَّذِينَ يَصُدُّونَ عَن سَبِيلِ ٱللَّهِ وَيَبۡغُونَهَا عِوَجٗا وَهُم بِٱلۡأٓخِرَةِ كَٰفِرُونَ

Die anderen van het pad van Allah weerhielden, het oneffen wensende, en die het Hiernamaals verwierpen
Surah Al-Araf, Verse 45


وَبَيۡنَهُمَا حِجَابٞۚ وَعَلَى ٱلۡأَعۡرَافِ رِجَالٞ يَعۡرِفُونَ كُلَّۢا بِسِيمَىٰهُمۡۚ وَنَادَوۡاْ أَصۡحَٰبَ ٱلۡجَنَّةِ أَن سَلَٰمٌ عَلَيۡكُمۡۚ لَمۡ يَدۡخُلُوهَا وَهُمۡ يَطۡمَعُونَ

En er zal een scheiding tussen beiden zijn; en er zullen op de verheven plaatsen mannen zijn die allen aan hun merktekenen herkennen. En zij zullen tot de bewoners van het paradijs roepen: "Vrede zij over u.'' Dezen zullen het paradijs nog niet zijn binnengegaan, maar zij hopen het
Surah Al-Araf, Verse 46


۞وَإِذَا صُرِفَتۡ أَبۡصَٰرُهُمۡ تِلۡقَآءَ أَصۡحَٰبِ ٱلنَّارِ قَالُواْ رَبَّنَا لَا تَجۡعَلۡنَا مَعَ ٱلۡقَوۡمِ ٱلظَّـٰلِمِينَ

En wanneer hun ogen naar de bewoners van het Vuur zijn gericht, zullen zij zeggen: "Onze Heer, plaats ons niet onder het onrechtvaardige volk
Surah Al-Araf, Verse 47


وَنَادَىٰٓ أَصۡحَٰبُ ٱلۡأَعۡرَافِ رِجَالٗا يَعۡرِفُونَهُم بِسِيمَىٰهُمۡ قَالُواْ مَآ أَغۡنَىٰ عَنكُمۡ جَمۡعُكُمۡ وَمَا كُنتُمۡ تَسۡتَكۡبِرُونَ

En de bewoners van de verheven plaatsen zullen tot de mensen die zij aan hun merktekenen herkennen roepen: "Uw aantal, noch datgene waarover gij hoogmoedig waart, heeft u kunnen helpen
Surah Al-Araf, Verse 48


أَهَـٰٓؤُلَآءِ ٱلَّذِينَ أَقۡسَمۡتُمۡ لَا يَنَالُهُمُ ٱللَّهُ بِرَحۡمَةٍۚ ٱدۡخُلُواْ ٱلۡجَنَّةَ لَا خَوۡفٌ عَلَيۡكُمۡ وَلَآ أَنتُمۡ تَحۡزَنُونَ

Zijn dezen het aangaande welke gij hebt gezworen dat Allah hun geen barmhartigheid zou schenken? "Gaat het paradijs binnen, er zal geen vrees over u komen, noch zult gij treuren
Surah Al-Araf, Verse 49


وَنَادَىٰٓ أَصۡحَٰبُ ٱلنَّارِ أَصۡحَٰبَ ٱلۡجَنَّةِ أَنۡ أَفِيضُواْ عَلَيۡنَا مِنَ ٱلۡمَآءِ أَوۡ مِمَّا رَزَقَكُمُ ٱللَّهُۚ قَالُوٓاْ إِنَّ ٱللَّهَ حَرَّمَهُمَا عَلَى ٱلۡكَٰفِرِينَ

En de bewoners van het Vuur zullen tot de bewoners van het paradijs roepen: "Giet wat water over ons uit of iets, waarmnee Allah u heeft voorzien." Zij zullen antwoorden: "Allah heeft voorzeker dit voor de ongelovigen verboden
Surah Al-Araf, Verse 50


ٱلَّذِينَ ٱتَّخَذُواْ دِينَهُمۡ لَهۡوٗا وَلَعِبٗا وَغَرَّتۡهُمُ ٱلۡحَيَوٰةُ ٱلدُّنۡيَاۚ فَٱلۡيَوۡمَ نَنسَىٰهُمۡ كَمَا نَسُواْ لِقَآءَ يَوۡمِهِمۡ هَٰذَا وَمَا كَانُواْ بِـَٔايَٰتِنَا يَجۡحَدُونَ

Degenen, die hun godsdienst tot tijdverdrijf en tot vermaak namen en wie het leven van de wereld had bedrogen, Wij zullen hen deze Dag vergeten, zoals zij de ontmoeting op deze dag vergaten en zoals zij Onze tekenen verwierpen
Surah Al-Araf, Verse 51


وَلَقَدۡ جِئۡنَٰهُم بِكِتَٰبٖ فَصَّلۡنَٰهُ عَلَىٰ عِلۡمٍ هُدٗى وَرَحۡمَةٗ لِّقَوۡمٖ يُؤۡمِنُونَ

En Wij hebben hun voorzeker een Boek gebracht, dat Wij met kennis hebben uiteengezet, als leiding en barmhartigheid voor een volk dat gelooft
Surah Al-Araf, Verse 52


هَلۡ يَنظُرُونَ إِلَّا تَأۡوِيلَهُۥۚ يَوۡمَ يَأۡتِي تَأۡوِيلُهُۥ يَقُولُ ٱلَّذِينَ نَسُوهُ مِن قَبۡلُ قَدۡ جَآءَتۡ رُسُلُ رَبِّنَا بِٱلۡحَقِّ فَهَل لَّنَا مِن شُفَعَآءَ فَيَشۡفَعُواْ لَنَآ أَوۡ نُرَدُّ فَنَعۡمَلَ غَيۡرَ ٱلَّذِي كُنَّا نَعۡمَلُۚ قَدۡ خَسِرُوٓاْ أَنفُسَهُمۡ وَضَلَّ عَنۡهُم مَّا كَانُواْ يَفۡتَرُونَ

Wachten zij slechts op (een andere) verklaring daarvan? De Dag, waarop deze komen zal, zullen degenen die het voorheen vergaten, zeggen: "De boodschappers van onze Heer brachten inderdaad de waarheid, zullen wij dan enige bemiddelaars hebben, die voor ons zullen bemiddelen? Of konden wij worden teruggezonden (naar de aarde), opdat wij anders mochten doen, dan hetgeen wij deden?" Zij deden hun ziel inderdaad tekort en hetgeen zij verzonnen is voor hen verloren gegaan
Surah Al-Araf, Verse 53


إِنَّ رَبَّكُمُ ٱللَّهُ ٱلَّذِي خَلَقَ ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضَ فِي سِتَّةِ أَيَّامٖ ثُمَّ ٱسۡتَوَىٰ عَلَى ٱلۡعَرۡشِۖ يُغۡشِي ٱلَّيۡلَ ٱلنَّهَارَ يَطۡلُبُهُۥ حَثِيثٗا وَٱلشَّمۡسَ وَٱلۡقَمَرَ وَٱلنُّجُومَ مُسَخَّرَٰتِۭ بِأَمۡرِهِۦٓۗ أَلَا لَهُ ٱلۡخَلۡقُ وَٱلۡأَمۡرُۗ تَبَارَكَ ٱللَّهُ رَبُّ ٱلۡعَٰلَمِينَ

Voorzeker, uw Heer is Allah, Die de hemelen en de aarde in zes dagen schiep; daarna zette Hij Zich op deTroon neder. Hij doet de nacht de dag bedekken, die hem snel opvolgt. De zon en de maan en de sterren zijn door Zijn gebod in dienst gesteld. Voorwaar, van Hem is de schepping en het gebod. Gezegend is Allah, de Heer der Werelden
Surah Al-Araf, Verse 54


ٱدۡعُواْ رَبَّكُمۡ تَضَرُّعٗا وَخُفۡيَةًۚ إِنَّهُۥ لَا يُحِبُّ ٱلۡمُعۡتَدِينَ

Roept uw Heer in nederigheid en in het verborgene aan. Hij heeft de overtreders zeker niet lief
Surah Al-Araf, Verse 55


وَلَا تُفۡسِدُواْ فِي ٱلۡأَرۡضِ بَعۡدَ إِصۡلَٰحِهَا وَٱدۡعُوهُ خَوۡفٗا وَطَمَعًاۚ إِنَّ رَحۡمَتَ ٱللَّهِ قَرِيبٞ مِّنَ ٱلۡمُحۡسِنِينَ

En schept geen wanorde op aarde, nadat zij is geordend en roept Hem met vrees en hoop aan. Voorzeker, de Barmhartigheid van Allah is de goeden nabij
Surah Al-Araf, Verse 56


وَهُوَ ٱلَّذِي يُرۡسِلُ ٱلرِّيَٰحَ بُشۡرَۢا بَيۡنَ يَدَيۡ رَحۡمَتِهِۦۖ حَتَّىٰٓ إِذَآ أَقَلَّتۡ سَحَابٗا ثِقَالٗا سُقۡنَٰهُ لِبَلَدٖ مَّيِّتٖ فَأَنزَلۡنَا بِهِ ٱلۡمَآءَ فَأَخۡرَجۡنَا بِهِۦ مِن كُلِّ ٱلثَّمَرَٰتِۚ كَذَٰلِكَ نُخۡرِجُ ٱلۡمَوۡتَىٰ لَعَلَّكُمۡ تَذَكَّرُونَ

En Hij is het, Die de winden als blijde tijdingen voor Zijn barmhartigheid uitzendt; totdat, wanneer zij zware wolken dragen, Wij ze naar een dor land drijven, daarna zenden Wij er water uit neder, dan brengen Wij alle soorten vruchten voort; zo wekken Wij de doden op, opdat gij er lering uit moogt trekken
Surah Al-Araf, Verse 57


وَٱلۡبَلَدُ ٱلطَّيِّبُ يَخۡرُجُ نَبَاتُهُۥ بِإِذۡنِ رَبِّهِۦۖ وَٱلَّذِي خَبُثَ لَا يَخۡرُجُ إِلَّا نَكِدٗاۚ كَذَٰلِكَ نُصَرِّفُ ٱلۡأٓيَٰتِ لِقَوۡمٖ يَشۡكُرُونَ

En het goede land - de plantengroei komt er in overvloed van voort door het gebod van zijn Heer - en hetgeen slecht is levert alleen schaarste op. Zo wisselen Wij de tekenen af voor een volk dat dankbaar is
Surah Al-Araf, Verse 58


لَقَدۡ أَرۡسَلۡنَا نُوحًا إِلَىٰ قَوۡمِهِۦ فَقَالَ يَٰقَوۡمِ ٱعۡبُدُواْ ٱللَّهَ مَا لَكُم مِّنۡ إِلَٰهٍ غَيۡرُهُۥٓ إِنِّيٓ أَخَافُ عَلَيۡكُمۡ عَذَابَ يَوۡمٍ عَظِيمٖ

Wij zonden Noach tot zijn volk en hij zeide: "O, mijn volk, aanbidt Allah, gij hebt geen god naast Hem. Ik vrees voor u de straf van de grote Dag
Surah Al-Araf, Verse 59


قَالَ ٱلۡمَلَأُ مِن قَوۡمِهِۦٓ إِنَّا لَنَرَىٰكَ فِي ضَلَٰلٖ مُّبِينٖ

De leiders van zijn volk antwoordden: "Wij zien dat gij in openlijke dwaling verkeert
Surah Al-Araf, Verse 60


قَالَ يَٰقَوۡمِ لَيۡسَ بِي ضَلَٰلَةٞ وَلَٰكِنِّي رَسُولٞ مِّن رَّبِّ ٱلۡعَٰلَمِينَ

Hij zeide: "O, mijn volk, er is in mij geen dwaling, doch ik ben een boodschapper van de Heer der Werelden
Surah Al-Araf, Verse 61


أُبَلِّغُكُمۡ رِسَٰلَٰتِ رَبِّي وَأَنصَحُ لَكُمۡ وَأَعۡلَمُ مِنَ ٱللَّهِ مَا لَا تَعۡلَمُونَ

Ik breng u de boodschappen van mijn Heer over en geef u oprechte raad en ik weet van Allah wat gij niet weet
Surah Al-Araf, Verse 62


أَوَعَجِبۡتُمۡ أَن جَآءَكُمۡ ذِكۡرٞ مِّن رَّبِّكُمۡ عَلَىٰ رَجُلٖ مِّنكُمۡ لِيُنذِرَكُمۡ وَلِتَتَّقُواْ وَلَعَلَّكُمۡ تُرۡحَمُونَ

Verwondert gij u, dat er een aanmaning van uw Heer tot u is gekomen door een man uit uw midden opdat hij u moge waarschuwen en opdat gij rechtvaardig moogt worden en opdat u barmhartigheid moge worden betoond
Surah Al-Araf, Verse 63


فَكَذَّبُوهُ فَأَنجَيۡنَٰهُ وَٱلَّذِينَ مَعَهُۥ فِي ٱلۡفُلۡكِ وَأَغۡرَقۡنَا ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَآۚ إِنَّهُمۡ كَانُواْ قَوۡمًا عَمِينَ

Maar zij verloochenden hem; Wij redden hem en degenen die met hem in de ark waren en Wij verdronken degenen, die Onze tekenen verwierpen. Zij waren inderdaad een verblind volk
Surah Al-Araf, Verse 64


۞وَإِلَىٰ عَادٍ أَخَاهُمۡ هُودٗاۚ قَالَ يَٰقَوۡمِ ٱعۡبُدُواْ ٱللَّهَ مَا لَكُم مِّنۡ إِلَٰهٍ غَيۡرُهُۥٓۚ أَفَلَا تَتَّقُونَ

En tot (het volk van) Aad (zonden Wij) hun broeder Hoed. Hij zeide: "O mijn volk, aanbidt Allah, gij hebt geen andere god naast Hem. Wilt gij dan niet (God) vrezen
Surah Al-Araf, Verse 65


قَالَ ٱلۡمَلَأُ ٱلَّذِينَ كَفَرُواْ مِن قَوۡمِهِۦٓ إِنَّا لَنَرَىٰكَ فِي سَفَاهَةٖ وَإِنَّا لَنَظُنُّكَ مِنَ ٱلۡكَٰذِبِينَ

De ongelovige leiders van zijn volk zeiden: "Wij zien u als een dwaze en wij denken, dat gij tot de leugenaars behoort
Surah Al-Araf, Verse 66


قَالَ يَٰقَوۡمِ لَيۡسَ بِي سَفَاهَةٞ وَلَٰكِنِّي رَسُولٞ مِّن رَّبِّ ٱلۡعَٰلَمِينَ

Hij antwoordde: "O, mijn volk, er is in mij geen dwaasheid, maar ik ben een boodschapper van de Heer der Werelden
Surah Al-Araf, Verse 67


أُبَلِّغُكُمۡ رِسَٰلَٰتِ رَبِّي وَأَنَا۠ لَكُمۡ نَاصِحٌ أَمِينٌ

Ik breng u de woorden van mijn Heer en ik ben voor u een eerlijke raadgever
Surah Al-Araf, Verse 68


أَوَعَجِبۡتُمۡ أَن جَآءَكُمۡ ذِكۡرٞ مِّن رَّبِّكُمۡ عَلَىٰ رَجُلٖ مِّنكُمۡ لِيُنذِرَكُمۡۚ وَٱذۡكُرُوٓاْ إِذۡ جَعَلَكُمۡ خُلَفَآءَ مِنۢ بَعۡدِ قَوۡمِ نُوحٖ وَزَادَكُمۡ فِي ٱلۡخَلۡقِ بَصۜۡطَةٗۖ فَٱذۡكُرُوٓاْ ءَالَآءَ ٱللَّهِ لَعَلَّكُمۡ تُفۡلِحُونَ

Verwondert gij u, dat er een waarschuwing van uw Heer tot u is gekomen door een man uit uw midden, opdat hij u moge waarschuwen? " Hij maakte u na het volk van Noach tot erfgenamen en deed u overvloedig in kracht toenemen. Gedenkt daarom de gunsten van Allah, opdat gij moogt slagen
Surah Al-Araf, Verse 69


قَالُوٓاْ أَجِئۡتَنَا لِنَعۡبُدَ ٱللَّهَ وَحۡدَهُۥ وَنَذَرَ مَا كَانَ يَعۡبُدُ ءَابَآؤُنَا فَأۡتِنَا بِمَا تَعِدُنَآ إِن كُنتَ مِنَ ٱلصَّـٰدِقِينَ

Zij zeiden: "Zijt gij tot ons gekomen opdat wij Allah alleen moeten aanbidden en de goden die onze vaderen aanbaden zullen verlaten? Breng ons dan hetgeen waarmede gii ons bedreigt, als gij oprecht zigt
Surah Al-Araf, Verse 70


قَالَ قَدۡ وَقَعَ عَلَيۡكُم مِّن رَّبِّكُمۡ رِجۡسٞ وَغَضَبٌۖ أَتُجَٰدِلُونَنِي فِيٓ أَسۡمَآءٖ سَمَّيۡتُمُوهَآ أَنتُمۡ وَءَابَآؤُكُم مَّا نَزَّلَ ٱللَّهُ بِهَا مِن سُلۡطَٰنٖۚ فَٱنتَظِرُوٓاْ إِنِّي مَعَكُم مِّنَ ٱلۡمُنتَظِرِينَ

Eij antwoordde: "Straf en toorn van uw Heer hebben u reeds getroffen. Redetwist gij met mij over namen, die gij hebt genoemd - gij en uw vaderen - waarvoor Allah geen gezag heeft nedergezonden? Wacht dan, ik ben met u onder de wachtenden
Surah Al-Araf, Verse 71


فَأَنجَيۡنَٰهُ وَٱلَّذِينَ مَعَهُۥ بِرَحۡمَةٖ مِّنَّا وَقَطَعۡنَا دَابِرَ ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَاۖ وَمَا كَانُواْ مُؤۡمِنِينَ

En Wij redden hem en degenen, die met hem waren door Onze barmhartigheid en Wij sneden de levenswortel af van degenen die Onze tekenen verloochenden. En dezen waren geen gelovigen
Surah Al-Araf, Verse 72


وَإِلَىٰ ثَمُودَ أَخَاهُمۡ صَٰلِحٗاۚ قَالَ يَٰقَوۡمِ ٱعۡبُدُواْ ٱللَّهَ مَا لَكُم مِّنۡ إِلَٰهٍ غَيۡرُهُۥۖ قَدۡ جَآءَتۡكُم بَيِّنَةٞ مِّن رَّبِّكُمۡۖ هَٰذِهِۦ نَاقَةُ ٱللَّهِ لَكُمۡ ءَايَةٗۖ فَذَرُوهَا تَأۡكُلۡ فِيٓ أَرۡضِ ٱللَّهِۖ وَلَا تَمَسُّوهَا بِسُوٓءٖ فَيَأۡخُذَكُمۡ عَذَابٌ أَلِيمٞ

Naar de Samoed (kwam) hun broeder Salih. Hij zeide: "O mijn volk, aanbidt Allah; gij hebt geen andere god naast Hem. Voorwaar er is een duidelijk bewijs van uw Heer tot u gekomen; deze kamelin is van Allah, een teken voor u. Laat haar daarom met rust opdat zij zich van Allah's aarde moge voeden en doet haar geen leed, anders zal een pijnlijke straf u bereiken
Surah Al-Araf, Verse 73


وَٱذۡكُرُوٓاْ إِذۡ جَعَلَكُمۡ خُلَفَآءَ مِنۢ بَعۡدِ عَادٖ وَبَوَّأَكُمۡ فِي ٱلۡأَرۡضِ تَتَّخِذُونَ مِن سُهُولِهَا قُصُورٗا وَتَنۡحِتُونَ ٱلۡجِبَالَ بُيُوتٗاۖ فَٱذۡكُرُوٓاْ ءَالَآءَ ٱللَّهِ وَلَا تَعۡثَوۡاْ فِي ٱلۡأَرۡضِ مُفۡسِدِينَ

En herinnert u, toen Hij u na (het volk van) Aad tot opvolgers maakte en u vestigde in het land; gij bouwdet paleizen in de vlakten en gij hieuwt huizen uit de bergen. Gedenkt daarom de gunsten van Allah en wandelt niet op aarde, onheil stichtend
Surah Al-Araf, Verse 74


قَالَ ٱلۡمَلَأُ ٱلَّذِينَ ٱسۡتَكۡبَرُواْ مِن قَوۡمِهِۦ لِلَّذِينَ ٱسۡتُضۡعِفُواْ لِمَنۡ ءَامَنَ مِنۡهُمۡ أَتَعۡلَمُونَ أَنَّ صَٰلِحٗا مُّرۡسَلٞ مِّن رَّبِّهِۦۚ قَالُوٓاْ إِنَّا بِمَآ أُرۡسِلَ بِهِۦ مُؤۡمِنُونَ

De leiders van zijn volk, die aanmatigend waren, zeiden tot de gelovigen, die zij zwak achtten: "Weet gij zeker, dat Salih een door zijn Heer gezondene is?" Zij antwoordden: "Wij geloven voorzeker in hetgeen, waarmede hij gezonden is
Surah Al-Araf, Verse 75


قَالَ ٱلَّذِينَ ٱسۡتَكۡبَرُوٓاْ إِنَّا بِٱلَّذِيٓ ءَامَنتُم بِهِۦ كَٰفِرُونَ

Degenen die aanmatigend waren zeiden: "Voorwaar, wij geloven niet in hetgeen waarin gij gelooft
Surah Al-Araf, Verse 76


فَعَقَرُواْ ٱلنَّاقَةَ وَعَتَوۡاْ عَنۡ أَمۡرِ رَبِّهِمۡ وَقَالُواْ يَٰصَٰلِحُ ٱئۡتِنَا بِمَا تَعِدُنَآ إِن كُنتَ مِنَ ٱلۡمُرۡسَلِينَ

Toen verlamden zij de kamelin en overtraden het gebod van hun Heer en zeiden: "O, Salih, breng ons hetgeen, waarmede gij ons hebt bedreigd, als gij tot de boodschappers behoort
Surah Al-Araf, Verse 77


فَأَخَذَتۡهُمُ ٱلرَّجۡفَةُ فَأَصۡبَحُواْ فِي دَارِهِمۡ جَٰثِمِينَ

De aardbeving overviel hen en zij lagen uitgestrekt op de grond in hun huizen
Surah Al-Araf, Verse 78


فَتَوَلَّىٰ عَنۡهُمۡ وَقَالَ يَٰقَوۡمِ لَقَدۡ أَبۡلَغۡتُكُمۡ رِسَالَةَ رَبِّي وَنَصَحۡتُ لَكُمۡ وَلَٰكِن لَّا تُحِبُّونَ ٱلنَّـٰصِحِينَ

Toen wendde Salih zich van hen af en zeide: "O, mijn volk, ik bracht u de boodschap van mijn Heer en bood u oprechte raad aan, maar gij houdt niet van oprechte raadgevers
Surah Al-Araf, Verse 79


وَلُوطًا إِذۡ قَالَ لِقَوۡمِهِۦٓ أَتَأۡتُونَ ٱلۡفَٰحِشَةَ مَا سَبَقَكُم بِهَا مِنۡ أَحَدٖ مِّنَ ٱلۡعَٰلَمِينَ

En Lot, toen hij tot zijn volk zeide: "Pleegt gij een gruweldaad zoals niemand ter wereld ooit vóór u pleegde
Surah Al-Araf, Verse 80


إِنَّكُمۡ لَتَأۡتُونَ ٱلرِّجَالَ شَهۡوَةٗ مِّن دُونِ ٱلنِّسَآءِۚ بَلۡ أَنتُمۡ قَوۡمٞ مُّسۡرِفُونَ

Gij nadert met wellust mannen, in plaats van vrouwen. Neen, gij zijt een volk dat de perken te buiten gaat
Surah Al-Araf, Verse 81


وَمَا كَانَ جَوَابَ قَوۡمِهِۦٓ إِلَّآ أَن قَالُوٓاْ أَخۡرِجُوهُم مِّن قَرۡيَتِكُمۡۖ إِنَّهُمۡ أُنَاسٞ يَتَطَهَّرُونَ

Het antwoord van zijn volk was slechts: "Verdrijft hen uit uw stad, want zij zijn mannen die zich rein willen houden
Surah Al-Araf, Verse 82


فَأَنجَيۡنَٰهُ وَأَهۡلَهُۥٓ إِلَّا ٱمۡرَأَتَهُۥ كَانَتۡ مِنَ ٱلۡغَٰبِرِينَ

Wij redden hem en zijn familie, met uitzondering van zijn vrouw, zij behoorde tot de achterblijvenden
Surah Al-Araf, Verse 83


وَأَمۡطَرۡنَا عَلَيۡهِم مَّطَرٗاۖ فَٱنظُرۡ كَيۡفَ كَانَ عَٰقِبَةُ ٱلۡمُجۡرِمِينَ

En Wij deden een regen van stenen over hen komen. Ziet nu wat het einde was van de schuldigen
Surah Al-Araf, Verse 84


وَإِلَىٰ مَدۡيَنَ أَخَاهُمۡ شُعَيۡبٗاۚ قَالَ يَٰقَوۡمِ ٱعۡبُدُواْ ٱللَّهَ مَا لَكُم مِّنۡ إِلَٰهٍ غَيۡرُهُۥۖ قَدۡ جَآءَتۡكُم بَيِّنَةٞ مِّن رَّبِّكُمۡۖ فَأَوۡفُواْ ٱلۡكَيۡلَ وَٱلۡمِيزَانَ وَلَا تَبۡخَسُواْ ٱلنَّاسَ أَشۡيَآءَهُمۡ وَلَا تُفۡسِدُواْ فِي ٱلۡأَرۡضِ بَعۡدَ إِصۡلَٰحِهَاۚ ذَٰلِكُمۡ خَيۡرٞ لَّكُمۡ إِن كُنتُم مُّؤۡمِنِينَ

En tot Midian hun broeder Shoaib. Hij zeide: "O, mijn volk, aanbidt Allah, gij hebt geen god naast Hem. Er is inderdaad een duidelijk teken van uw Heer tot u gekomen. Geeft daarom volle maat en ruim gewicht en vermindert het aan de mensen verschuldigde niet en schept geen wanorde op aarde nadat zij geordend is. Dit is beter voor u, als gij gelovigen zijt
Surah Al-Araf, Verse 85


وَلَا تَقۡعُدُواْ بِكُلِّ صِرَٰطٖ تُوعِدُونَ وَتَصُدُّونَ عَن سَبِيلِ ٱللَّهِ مَنۡ ءَامَنَ بِهِۦ وَتَبۡغُونَهَا عِوَجٗاۚ وَٱذۡكُرُوٓاْ إِذۡ كُنتُمۡ قَلِيلٗا فَكَثَّرَكُمۡۖ وَٱنظُرُواْ كَيۡفَ كَانَ عَٰقِبَةُ ٱلۡمُفۡسِدِينَ

En wacht niet op de wegen om degenen die in Hem geloven te bedreigen en van het pad van Allah af te houden en het oneffen te maken. En gedenkt, hoe gij weinigen waart en Hij u vermenigvuldigde. En ziet wat het einde was van de onruststokers
Surah Al-Araf, Verse 86


وَإِن كَانَ طَآئِفَةٞ مِّنكُمۡ ءَامَنُواْ بِٱلَّذِيٓ أُرۡسِلۡتُ بِهِۦ وَطَآئِفَةٞ لَّمۡ يُؤۡمِنُواْ فَٱصۡبِرُواْ حَتَّىٰ يَحۡكُمَ ٱللَّهُ بَيۡنَنَاۚ وَهُوَ خَيۡرُ ٱلۡحَٰكِمِينَ

En als er een groep onder u is die gelooft in hetgeen waarmede ik ben gezonden en een andere groep die dit niet gelooft, wacht dan geduldig totdat Allah onder ons richt. Want Hij is de beste Rechter
Surah Al-Araf, Verse 87


۞قَالَ ٱلۡمَلَأُ ٱلَّذِينَ ٱسۡتَكۡبَرُواْ مِن قَوۡمِهِۦ لَنُخۡرِجَنَّكَ يَٰشُعَيۡبُ وَٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ مَعَكَ مِن قَرۡيَتِنَآ أَوۡ لَتَعُودُنَّ فِي مِلَّتِنَاۚ قَالَ أَوَلَوۡ كُنَّا كَٰرِهِينَ

De leidende mannen van zijn volk die aanmatigend waren, antwoordden: "Wij zullen u, o Shoaib, en de gelovigen met u zeker uit onze stad verdrijven tenzij gij tot onze godsdienst terugkeert." Hij zeide: "Zelfs al zijn wij er afkerig van
Surah Al-Araf, Verse 88


قَدِ ٱفۡتَرَيۡنَا عَلَى ٱللَّهِ كَذِبًا إِنۡ عُدۡنَا فِي مِلَّتِكُم بَعۡدَ إِذۡ نَجَّىٰنَا ٱللَّهُ مِنۡهَاۚ وَمَا يَكُونُ لَنَآ أَن نَّعُودَ فِيهَآ إِلَّآ أَن يَشَآءَ ٱللَّهُ رَبُّنَاۚ وَسِعَ رَبُّنَا كُلَّ شَيۡءٍ عِلۡمًاۚ عَلَى ٱللَّهِ تَوَكَّلۡنَاۚ رَبَّنَا ٱفۡتَحۡ بَيۡنَنَا وَبَيۡنَ قَوۡمِنَا بِٱلۡحَقِّ وَأَنتَ خَيۡرُ ٱلۡفَٰتِحِينَ

En indien wij tot uw godsdienst terugvallen, nadat Allah ons er van heeft gered, dan hebben wij voorzeker een leugen aangaande Allah verzonnen. En het past ons niet er naar te willen terugkeren, behalve, wanneer Allah, onze Heer, dit zou willen. Onze Heer omvat alle dingen in Zijn kennis. Wij hebben in Allah ons vertrouwen gelegd. Oordeel daarom, onze Heer, tussen ons en ons volk in waarheid en Gij zijt de beste Rechter
Surah Al-Araf, Verse 89


وَقَالَ ٱلۡمَلَأُ ٱلَّذِينَ كَفَرُواْ مِن قَوۡمِهِۦ لَئِنِ ٱتَّبَعۡتُمۡ شُعَيۡبًا إِنَّكُمۡ إِذٗا لَّخَٰسِرُونَ

En de leidende mannen van zijn volk die niet geloofden, zeiden: "Als gij Shoaib volgt, zult gij zeker verliezers zijn
Surah Al-Araf, Verse 90


فَأَخَذَتۡهُمُ ٱلرَّجۡفَةُ فَأَصۡبَحُواْ فِي دَارِهِمۡ جَٰثِمِينَ

Daarom greep de aardbeving hen en zij lagen uitgestrekt op de grond in hun huizen
Surah Al-Araf, Verse 91


ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ شُعَيۡبٗا كَأَن لَّمۡ يَغۡنَوۡاْ فِيهَاۚ ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ شُعَيۡبٗا كَانُواْ هُمُ ٱلۡخَٰسِرِينَ

Degenen, die Shoaib verloochenden werden (zo vernietigd) alsof zij er nooit in hadden gewoond. Degenen, die Shoaib van leugen beschuldigden - zij waren de verliezers
Surah Al-Araf, Verse 92


فَتَوَلَّىٰ عَنۡهُمۡ وَقَالَ يَٰقَوۡمِ لَقَدۡ أَبۡلَغۡتُكُمۡ رِسَٰلَٰتِ رَبِّي وَنَصَحۡتُ لَكُمۡۖ فَكَيۡفَ ءَاسَىٰ عَلَىٰ قَوۡمٖ كَٰفِرِينَ

Daarna wendde hij zich van hen af en zeide: "O mijn volk, ik heb u inderdaad de boodschap van mijn Heer overgebracht en ik gaf u oprechte raad. Hoe moet ik dan om een ongelovig volk treuren
Surah Al-Araf, Verse 93


وَمَآ أَرۡسَلۡنَا فِي قَرۡيَةٖ مِّن نَّبِيٍّ إِلَّآ أَخَذۡنَآ أَهۡلَهَا بِٱلۡبَأۡسَآءِ وَٱلضَّرَّآءِ لَعَلَّهُمۡ يَضَّرَّعُونَ

En Wij zonden nimmer een profeet naar een stad zonder dat Wij het volk er van met tegenspoed en lijden troffen, opdat zij zouden verootmoedigen
Surah Al-Araf, Verse 94


ثُمَّ بَدَّلۡنَا مَكَانَ ٱلسَّيِّئَةِ ٱلۡحَسَنَةَ حَتَّىٰ عَفَواْ وَّقَالُواْ قَدۡ مَسَّ ءَابَآءَنَا ٱلضَّرَّآءُ وَٱلسَّرَّآءُ فَأَخَذۡنَٰهُم بَغۡتَةٗ وَهُمۡ لَا يَشۡعُرُونَ

Daarna verwisselden Wij het boze met het goede, totdat zij groeiden en zeiden: "Lijden en geluk wedervoeren onze vaderen ook." Dan grepen Wij hen plotseling terwijl zij er niet aan dachten
Surah Al-Araf, Verse 95


وَلَوۡ أَنَّ أَهۡلَ ٱلۡقُرَىٰٓ ءَامَنُواْ وَٱتَّقَوۡاْ لَفَتَحۡنَا عَلَيۡهِم بَرَكَٰتٖ مِّنَ ٱلسَّمَآءِ وَٱلۡأَرۡضِ وَلَٰكِن كَذَّبُواْ فَأَخَذۡنَٰهُم بِمَا كَانُواْ يَكۡسِبُونَ

En indien de mensen van die steden hadden geloofd en rechtvaardig waren geweest, zouden Wij zeker zegeningen van de hemel en van de aarde voor hen hebben gezonden, maar zij verloochenden (onze profeet); daarom grepen Wij hen vanwege hun daden
Surah Al-Araf, Verse 96


أَفَأَمِنَ أَهۡلُ ٱلۡقُرَىٰٓ أَن يَأۡتِيَهُم بَأۡسُنَا بَيَٰتٗا وَهُمۡ نَآئِمُونَ

Zijn de bewoners der steden veilig voor de komst van Onze straf over hen, 's nachts, terwijl zij slapen
Surah Al-Araf, Verse 97


أَوَأَمِنَ أَهۡلُ ٱلۡقُرَىٰٓ أَن يَأۡتِيَهُم بَأۡسُنَا ضُحٗى وَهُمۡ يَلۡعَبُونَ

Of zijn de bewoners dezer steden veilig voor Onze straf die over hen zou kunnen komen, des daags terwijl zij zich vermaken
Surah Al-Araf, Verse 98


أَفَأَمِنُواْ مَكۡرَ ٱللَّهِۚ فَلَا يَأۡمَنُ مَكۡرَ ٱللَّهِ إِلَّا ٱلۡقَوۡمُ ٱلۡخَٰسِرُونَ

Zijn zij dan veilig voor Allah's voornemen? En niemand waant zich veilig voor Allah's voornemen, dan het volk dat te gronde gaat
Surah Al-Araf, Verse 99


أَوَلَمۡ يَهۡدِ لِلَّذِينَ يَرِثُونَ ٱلۡأَرۡضَ مِنۢ بَعۡدِ أَهۡلِهَآ أَن لَّوۡ نَشَآءُ أَصَبۡنَٰهُم بِذُنُوبِهِمۡۚ وَنَطۡبَعُ عَلَىٰ قُلُوبِهِمۡ فَهُمۡ لَا يَسۡمَعُونَ

Doet het degenen, die de aarde beerven na haar (vroegere) bewoners niet inzien, dat, indien Wij het willen, Wij hen om hun zonden treffen en hun hart verzegelen, zodat zij niet meer horen
Surah Al-Araf, Verse 100


تِلۡكَ ٱلۡقُرَىٰ نَقُصُّ عَلَيۡكَ مِنۡ أَنۢبَآئِهَاۚ وَلَقَدۡ جَآءَتۡهُمۡ رُسُلُهُم بِٱلۡبَيِّنَٰتِ فَمَا كَانُواْ لِيُؤۡمِنُواْ بِمَا كَذَّبُواْ مِن قَبۡلُۚ كَذَٰلِكَ يَطۡبَعُ ٱللَّهُ عَلَىٰ قُلُوبِ ٱلۡكَٰفِرِينَ

Zo waren de steden wier verhaal Wij u hebben verteld. En voorzeker hun boodschappers kwamen met duidelijke tekenen tot hen. Doch zij wilden niet geloven omdat zij voorheen reeds loochenden. Zo zegelt Allah het hart der ongelovigen
Surah Al-Araf, Verse 101


وَمَا وَجَدۡنَا لِأَكۡثَرِهِم مِّنۡ عَهۡدٖۖ وَإِن وَجَدۡنَآ أَكۡثَرَهُمۡ لَفَٰسِقِينَ

Wij vonden in de meesten hunner geen (trouw aan het) verbond en Wij bevonden dat de meesten hunner overtreders waren
Surah Al-Araf, Verse 102


ثُمَّ بَعَثۡنَا مِنۢ بَعۡدِهِم مُّوسَىٰ بِـَٔايَٰتِنَآ إِلَىٰ فِرۡعَوۡنَ وَمَلَإِيْهِۦ فَظَلَمُواْ بِهَاۖ فَٱنظُرۡ كَيۡفَ كَانَ عَٰقِبَةُ ٱلۡمُفۡسِدِينَ

Toen zonden Wij na hen (de vorige boodschappers) Mozes met Onze tekenen naar Pharao en zijn leiders, maar zij geloofden er niet in. Ziet hoe het einde was van de onruststokers
Surah Al-Araf, Verse 103


وَقَالَ مُوسَىٰ يَٰفِرۡعَوۡنُ إِنِّي رَسُولٞ مِّن رَّبِّ ٱلۡعَٰلَمِينَ

En Mozes zeide: "O, Pharao, ik ben waarlijk een boodschapper van de Heer der Werelden
Surah Al-Araf, Verse 104


حَقِيقٌ عَلَىٰٓ أَن لَّآ أَقُولَ عَلَى ٱللَّهِ إِلَّا ٱلۡحَقَّۚ قَدۡ جِئۡتُكُم بِبَيِّنَةٖ مِّن رَّبِّكُمۡ فَأَرۡسِلۡ مَعِيَ بَنِيٓ إِسۡرَـٰٓءِيلَ

Ik mag slechts de waarheid over Allah spreken. Ik ben met een duidelijk teken van uw Heer tot u gekomen; zend daarom de kinderen Israëls met mij mee
Surah Al-Araf, Verse 105


قَالَ إِن كُنتَ جِئۡتَ بِـَٔايَةٖ فَأۡتِ بِهَآ إِن كُنتَ مِنَ ٱلصَّـٰدِقِينَ

Hij antwoordde: "Als gij inderdaad met een teken zijt gekomen breng het naar voren als gij tot de waarachtigen behoort
Surah Al-Araf, Verse 106


فَأَلۡقَىٰ عَصَاهُ فَإِذَا هِيَ ثُعۡبَانٞ مُّبِينٞ

Hij (Mozes) wierp zijn stok neder en ziet, het was duidelijk een slang
Surah Al-Araf, Verse 107


وَنَزَعَ يَدَهُۥ فَإِذَا هِيَ بَيۡضَآءُ لِلنَّـٰظِرِينَ

En hij haalde zijn hand tevoorschijn en ziet, zij was wit (geworden) voor de toeschouwers
Surah Al-Araf, Verse 108


قَالَ ٱلۡمَلَأُ مِن قَوۡمِ فِرۡعَوۡنَ إِنَّ هَٰذَا لَسَٰحِرٌ عَلِيمٞ

De leiders van het volk van Pharao zeiden: "Dit is gewis een vaardige tovenaar
Surah Al-Araf, Verse 109


يُرِيدُ أَن يُخۡرِجَكُم مِّنۡ أَرۡضِكُمۡۖ فَمَاذَا تَأۡمُرُونَ

Hij wil u uit uw land zetten. Wat raadt gij nu aan
Surah Al-Araf, Verse 110


قَالُوٓاْ أَرۡجِهۡ وَأَخَاهُ وَأَرۡسِلۡ فِي ٱلۡمَدَآئِنِ حَٰشِرِينَ

Zij zeiden: "Geef hem en zijn broeder tijd en zend (intussen) omroepers de steden in
Surah Al-Araf, Verse 111


يَأۡتُوكَ بِكُلِّ سَٰحِرٍ عَلِيمٖ

Die elke vaardige tovenaar tot u zullen brengen
Surah Al-Araf, Verse 112


وَجَآءَ ٱلسَّحَرَةُ فِرۡعَوۡنَ قَالُوٓاْ إِنَّ لَنَا لَأَجۡرًا إِن كُنَّا نَحۡنُ ٱلۡغَٰلِبِينَ

En de tovenaars kwamen tot Pharao en zeiden: "Wij zullen natuurlijk als wij de overhand krijgen een beloning ontvangen
Surah Al-Araf, Verse 113


قَالَ نَعَمۡ وَإِنَّكُمۡ لَمِنَ ٱلۡمُقَرَّبِينَ

Hij (Pharao) antwoordde: "Ja en gij zult tot de gunstelingen behoren
Surah Al-Araf, Verse 114


قَالُواْ يَٰمُوسَىٰٓ إِمَّآ أَن تُلۡقِيَ وَإِمَّآ أَن نَّكُونَ نَحۡنُ ٱلۡمُلۡقِينَ

Zij zeiden: "O Mozes zult gij of zullen wij het eerst werpen
Surah Al-Araf, Verse 115


قَالَ أَلۡقُواْۖ فَلَمَّآ أَلۡقَوۡاْ سَحَرُوٓاْ أَعۡيُنَ ٱلنَّاسِ وَٱسۡتَرۡهَبُوهُمۡ وَجَآءُو بِسِحۡرٍ عَظِيمٖ

Hij antwoordde: "Werpt gij." En toen zij wierpen, betoverden zij de ogen der mensen en deden hen vrezen en toonden hun grote toverkunst
Surah Al-Araf, Verse 116


۞وَأَوۡحَيۡنَآ إِلَىٰ مُوسَىٰٓ أَنۡ أَلۡقِ عَصَاكَۖ فَإِذَا هِيَ تَلۡقَفُ مَا يَأۡفِكُونَ

En Wij bezielden Mozes en zeiden: "Werp uw stok neder" en ziet, deze slokte al hetgeen zij getoverd hadden op
Surah Al-Araf, Verse 117


فَوَقَعَ ٱلۡحَقُّ وَبَطَلَ مَا كَانُواْ يَعۡمَلُونَ

Zo werd de waarheid bevestigd en bleek wat zij deden ijdel te zijn
Surah Al-Araf, Verse 118


فَغُلِبُواْ هُنَالِكَ وَٱنقَلَبُواْ صَٰغِرِينَ

Zo werden zij verslagen en vernederd
Surah Al-Araf, Verse 119


وَأُلۡقِيَ ٱلسَّحَرَةُ سَٰجِدِينَ

En de tovenaars werden bewogen zich neder te werpen
Surah Al-Araf, Verse 120


قَالُوٓاْ ءَامَنَّا بِرَبِّ ٱلۡعَٰلَمِينَ

En zeiden: "Wij geloven in de Heer der Werelden
Surah Al-Araf, Verse 121


رَبِّ مُوسَىٰ وَهَٰرُونَ

De Heer van Mozes en Aäron
Surah Al-Araf, Verse 122


قَالَ فِرۡعَوۡنُ ءَامَنتُم بِهِۦ قَبۡلَ أَنۡ ءَاذَنَ لَكُمۡۖ إِنَّ هَٰذَا لَمَكۡرٞ مَّكَرۡتُمُوهُ فِي ٱلۡمَدِينَةِ لِتُخۡرِجُواْ مِنۡهَآ أَهۡلَهَاۖ فَسَوۡفَ تَعۡلَمُونَ

Pharao zeide: "Hebt gij vóór ik het u toestond in Hem geloofd? Dit is voorzeker een complot dat gij in de stad hebt gesmeed, opdat gij haar bewoners er uit moogt verdrijven maar gij zult het weldra te weten komen
Surah Al-Araf, Verse 123


لَأُقَطِّعَنَّ أَيۡدِيَكُمۡ وَأَرۡجُلَكُم مِّنۡ خِلَٰفٖ ثُمَّ لَأُصَلِّبَنَّكُمۡ أَجۡمَعِينَ

Ik zal gewis uw handen en uw voeten aan tegengestelde zijden (rechts en links) doen afsnijden. Dan zal ik u allen tezamen laten kruisigen
Surah Al-Araf, Verse 124


قَالُوٓاْ إِنَّآ إِلَىٰ رَبِّنَا مُنقَلِبُونَ

Zij antwoordden: "Wij zullen voorzeker naar onze Heer terugkeren
Surah Al-Araf, Verse 125


وَمَا تَنقِمُ مِنَّآ إِلَّآ أَنۡ ءَامَنَّا بِـَٔايَٰتِ رَبِّنَا لَمَّا جَآءَتۡنَاۚ رَبَّنَآ أَفۡرِغۡ عَلَيۡنَا صَبۡرٗا وَتَوَفَّنَا مُسۡلِمِينَ

En gij neemt alleen wraak op ons omdat wij in de tekenen van onze Heer hebben geloofd toen zij ons getoond werden. Onze Heer, stort standvastigheid over ons uit en doe ons sterven terwijl wij Moslims zijn
Surah Al-Araf, Verse 126


وَقَالَ ٱلۡمَلَأُ مِن قَوۡمِ فِرۡعَوۡنَ أَتَذَرُ مُوسَىٰ وَقَوۡمَهُۥ لِيُفۡسِدُواْ فِي ٱلۡأَرۡضِ وَيَذَرَكَ وَءَالِهَتَكَۚ قَالَ سَنُقَتِّلُ أَبۡنَآءَهُمۡ وَنَسۡتَحۡيِۦ نِسَآءَهُمۡ وَإِنَّا فَوۡقَهُمۡ قَٰهِرُونَ

En de leiders van het volk van Pharao zeiden: "Wilt gij Mozes en zijn volk in het land wanorde laten scheppen en u en uw goden laten verzaken?" Hij antwoordde: "Wij zullen hun zonen doden en hun vrouwen sparen. Zeker wij hebben macht over hen
Surah Al-Araf, Verse 127


قَالَ مُوسَىٰ لِقَوۡمِهِ ٱسۡتَعِينُواْ بِٱللَّهِ وَٱصۡبِرُوٓاْۖ إِنَّ ٱلۡأَرۡضَ لِلَّهِ يُورِثُهَا مَن يَشَآءُ مِنۡ عِبَادِهِۦۖ وَٱلۡعَٰقِبَةُ لِلۡمُتَّقِينَ

Mozes zeide tot zijn volk: "Zoekt de hulp van Allah en weest geduldig. Voorzeker, de aarde behoort aan Allah. Hij geeft haar als erfdeel aan wie Zijner dienaren Hij wil en de uiteindelijke overwinning is voor de godvrezenden
Surah Al-Araf, Verse 128


قَالُوٓاْ أُوذِينَا مِن قَبۡلِ أَن تَأۡتِيَنَا وَمِنۢ بَعۡدِ مَا جِئۡتَنَاۚ قَالَ عَسَىٰ رَبُّكُمۡ أَن يُهۡلِكَ عَدُوَّكُمۡ وَيَسۡتَخۡلِفَكُمۡ فِي ٱلۡأَرۡضِ فَيَنظُرَ كَيۡفَ تَعۡمَلُونَ

Zij antwoordden: "Wij werden vervolgd, voordat gij tot ons kwaamt en nadat gij tot ons zijt gekomen." Hij (Mozes) zeide: "Waarschijnlijk gaat uw Heer uw vijand vernietigen en u tot stedehouders in het land maken, dan zal Hij zien hoe gij handelt
Surah Al-Araf, Verse 129


وَلَقَدۡ أَخَذۡنَآ ءَالَ فِرۡعَوۡنَ بِٱلسِّنِينَ وَنَقۡصٖ مِّنَ ٱلثَّمَرَٰتِ لَعَلَّهُمۡ يَذَّكَّرُونَ

En Wij straften het volk van Pharao door droogte en met schaarste van vruchten, opdat zij er lering uit mochten trekken
Surah Al-Araf, Verse 130


فَإِذَا جَآءَتۡهُمُ ٱلۡحَسَنَةُ قَالُواْ لَنَا هَٰذِهِۦۖ وَإِن تُصِبۡهُمۡ سَيِّئَةٞ يَطَّيَّرُواْ بِمُوسَىٰ وَمَن مَّعَهُۥٓۗ أَلَآ إِنَّمَا طَـٰٓئِرُهُمۡ عِندَ ٱللَّهِ وَلَٰكِنَّ أَكۡثَرَهُمۡ لَا يَعۡلَمُونَ

Wanneer er goeds tot hen kwam zeiden zij: "Dit komt ons toe." En als hen kwaad overkwam, schreven zij de tegenspoed toe aan Mozes en zijn metgezellen. Let op! Hun tegenspoed was eveneens van Allah. Maar de meesten hunner weten het niet
Surah Al-Araf, Verse 131


وَقَالُواْ مَهۡمَا تَأۡتِنَا بِهِۦ مِنۡ ءَايَةٖ لِّتَسۡحَرَنَا بِهَا فَمَا نَحۡنُ لَكَ بِمُؤۡمِنِينَ

En zij zeiden (tot Mozes): "Welk teken gij ons ook moogt brengen om er ons mede te betoveren, wij zullen stellig niet in u geloven
Surah Al-Araf, Verse 132


فَأَرۡسَلۡنَا عَلَيۡهِمُ ٱلطُّوفَانَ وَٱلۡجَرَادَ وَٱلۡقُمَّلَ وَٱلضَّفَادِعَ وَٱلدَّمَ ءَايَٰتٖ مُّفَصَّلَٰتٖ فَٱسۡتَكۡبَرُواْ وَكَانُواْ قَوۡمٗا مُّجۡرِمِينَ

Toen zonden Wij de storm en de sprinkhanen en de luizen en de kikvorsen en bloed over hen - als duidelijke tekenen, doch zij gedroegen zich hoogmoedig en waren een schuldig volk
Surah Al-Araf, Verse 133


وَلَمَّا وَقَعَ عَلَيۡهِمُ ٱلرِّجۡزُ قَالُواْ يَٰمُوسَى ٱدۡعُ لَنَا رَبَّكَ بِمَا عَهِدَ عِندَكَۖ لَئِن كَشَفۡتَ عَنَّا ٱلرِّجۡزَ لَنُؤۡمِنَنَّ لَكَ وَلَنُرۡسِلَنَّ مَعَكَ بَنِيٓ إِسۡرَـٰٓءِيلَ

En toen de straf op hen viel, zeiden zij: "O, Mozes, bid voor ons tot uw Heer, zoals Hij u heeft beloofd. Als gij de plaag van ons verwijdert, zullen wij u zeker geloven en wij zullen de kinderen Israëls voorzeker met u laten gaan
Surah Al-Araf, Verse 134


فَلَمَّا كَشَفۡنَا عَنۡهُمُ ٱلرِّجۡزَ إِلَىٰٓ أَجَلٍ هُم بَٰلِغُوهُ إِذَا هُمۡ يَنكُثُونَ

Maar toen Wij de straf van hen verwijderden voor een bepaalde termijn, die zij moesten voleindigen, ziet, toen braken zij (hun beloften)
Surah Al-Araf, Verse 135


فَٱنتَقَمۡنَا مِنۡهُمۡ فَأَغۡرَقۡنَٰهُمۡ فِي ٱلۡيَمِّ بِأَنَّهُمۡ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَكَانُواْ عَنۡهَا غَٰفِلِينَ

Wij straften hen derhalve en verdronken hen in zee, omdat zij Onze tekenen verloochenden en er geen acht op sloegen
Surah Al-Araf, Verse 136


وَأَوۡرَثۡنَا ٱلۡقَوۡمَ ٱلَّذِينَ كَانُواْ يُسۡتَضۡعَفُونَ مَشَٰرِقَ ٱلۡأَرۡضِ وَمَغَٰرِبَهَا ٱلَّتِي بَٰرَكۡنَا فِيهَاۖ وَتَمَّتۡ كَلِمَتُ رَبِّكَ ٱلۡحُسۡنَىٰ عَلَىٰ بَنِيٓ إِسۡرَـٰٓءِيلَ بِمَا صَبَرُواْۖ وَدَمَّرۡنَا مَا كَانَ يَصۡنَعُ فِرۡعَوۡنُ وَقَوۡمُهُۥ وَمَا كَانُواْ يَعۡرِشُونَ

En Wij deden de mensen die voor zwak werden gehouden de oostelijke en westelijke gedeelten van het land, welke Wij zegenden, erven. En het genadevolle woord van uw Heer werd voor de kinderen Israëls vervuld omdat zij geduldig waren geweest; en Wij vernietigden al hetgeen Pharao en zijn volk hadden gebouwd en al hetgeen zij hadden opgericht
Surah Al-Araf, Verse 137


وَجَٰوَزۡنَا بِبَنِيٓ إِسۡرَـٰٓءِيلَ ٱلۡبَحۡرَ فَأَتَوۡاْ عَلَىٰ قَوۡمٖ يَعۡكُفُونَ عَلَىٰٓ أَصۡنَامٖ لَّهُمۡۚ قَالُواْ يَٰمُوسَى ٱجۡعَل لَّنَآ إِلَٰهٗا كَمَا لَهُمۡ ءَالِهَةٞۚ قَالَ إِنَّكُمۡ قَوۡمٞ تَجۡهَلُونَ

En Wij deden de kinderen Israëls door de zee trekken en zij kwamen tot een volk dat aan zijn afgoden was gehecht. Zij zeiden: "O, Mozes, maak ons een god zoals dit (volk) goden heeft." Hij antwoordde: "Gij zijt zeker een onwetend volk
Surah Al-Araf, Verse 138


إِنَّ هَـٰٓؤُلَآءِ مُتَبَّرٞ مَّا هُمۡ فِيهِ وَبَٰطِلٞ مَّا كَانُواْ يَعۡمَلُونَ

Wat dezen betreft, al hetgeen waarmede zij zich bezig houden, zal worden vernietigd en al hetgeen zij doen zal vergeefs zijn
Surah Al-Araf, Verse 139


قَالَ أَغَيۡرَ ٱللَّهِ أَبۡغِيكُمۡ إِلَٰهٗا وَهُوَ فَضَّلَكُمۡ عَلَى ٱلۡعَٰلَمِينَ

Hij zeide (verder): "Zal ik u een andere god dan Allah zoeken, terwijl Hij u boven de volkeren heeft verheven
Surah Al-Araf, Verse 140


وَإِذۡ أَنجَيۡنَٰكُم مِّنۡ ءَالِ فِرۡعَوۡنَ يَسُومُونَكُمۡ سُوٓءَ ٱلۡعَذَابِ يُقَتِّلُونَ أَبۡنَآءَكُمۡ وَيَسۡتَحۡيُونَ نِسَآءَكُمۡۚ وَفِي ذَٰلِكُم بَلَآءٞ مِّن رَّبِّكُمۡ عَظِيمٞ

Toen Wij u van Pharao's volk verlosten dat u aan een marteling onderwierp en uw zonen doodde en uw vrouwen spaarde. En daarin lag voor u een zware beproeving van uw Heer
Surah Al-Araf, Verse 141


۞وَوَٰعَدۡنَا مُوسَىٰ ثَلَٰثِينَ لَيۡلَةٗ وَأَتۡمَمۡنَٰهَا بِعَشۡرٖ فَتَمَّ مِيقَٰتُ رَبِّهِۦٓ أَرۡبَعِينَ لَيۡلَةٗۚ وَقَالَ مُوسَىٰ لِأَخِيهِ هَٰرُونَ ٱخۡلُفۡنِي فِي قَوۡمِي وَأَصۡلِحۡ وَلَا تَتَّبِعۡ سَبِيلَ ٱلۡمُفۡسِدِينَ

En Wij maakten met Mozes een overeenkomst van dertig nachten en vulden ze met tien nachten aan. Aldus werd de periode, die door zijn Heer was vastgesteld tot veertig nachten aangevuld. En Mozes zeide tot zijn broeder Aäron: "Wees mijn plaatsvervanger onder mijn volk in mijn afwezigheid en beheer wel en volg de weg der onruststokers niet
Surah Al-Araf, Verse 142


وَلَمَّا جَآءَ مُوسَىٰ لِمِيقَٰتِنَا وَكَلَّمَهُۥ رَبُّهُۥ قَالَ رَبِّ أَرِنِيٓ أَنظُرۡ إِلَيۡكَۚ قَالَ لَن تَرَىٰنِي وَلَٰكِنِ ٱنظُرۡ إِلَى ٱلۡجَبَلِ فَإِنِ ٱسۡتَقَرَّ مَكَانَهُۥ فَسَوۡفَ تَرَىٰنِيۚ فَلَمَّا تَجَلَّىٰ رَبُّهُۥ لِلۡجَبَلِ جَعَلَهُۥ دَكّٗا وَخَرَّ مُوسَىٰ صَعِقٗاۚ فَلَمَّآ أَفَاقَ قَالَ سُبۡحَٰنَكَ تُبۡتُ إِلَيۡكَ وَأَنَا۠ أَوَّلُ ٱلۡمُؤۡمِنِينَ

En toen Mozes op Onze vastgestelde tijd kwam en zijn Heer tot hem sprak, zeide hij: "Mijn Heer, toon U aan mij, opdat ik U moge aanschouwen." Hij (Allah) antwoordde: "Gij zult Mij stellig niet kunnen aanschouwen, maar kijk naar de berg en als deze op zijn plaats blijft, dan zult gij Mij wel kunnen zien." En toen zijn Heer Zich op de berg openbaarde, brak deze in stukken en Mozes viel bewusteloos neder. En toen hij tot zichzelf kwam, zeide hij: "Heilig zijt Gij, ik wend mij tot U en ik ben de eerste der gelovigen
Surah Al-Araf, Verse 143


قَالَ يَٰمُوسَىٰٓ إِنِّي ٱصۡطَفَيۡتُكَ عَلَى ٱلنَّاسِ بِرِسَٰلَٰتِي وَبِكَلَٰمِي فَخُذۡ مَآ ءَاتَيۡتُكَ وَكُن مِّنَ ٱلشَّـٰكِرِينَ

Allah zeide: "O, Mozes, Ik heb u door Mijn boodschappen en Mijn woord boven de volkeren uitverkoren. Houd u daarom vast aan hetgeen Ik u heb gegeven en behoor tot de dankbaren
Surah Al-Araf, Verse 144


وَكَتَبۡنَا لَهُۥ فِي ٱلۡأَلۡوَاحِ مِن كُلِّ شَيۡءٖ مَّوۡعِظَةٗ وَتَفۡصِيلٗا لِّكُلِّ شَيۡءٖ فَخُذۡهَا بِقُوَّةٖ وَأۡمُرۡ قَوۡمَكَ يَأۡخُذُواْ بِأَحۡسَنِهَاۚ سَأُوْرِيكُمۡ دَارَ ٱلۡفَٰسِقِينَ

En Wij schreven op de tafelen allerhande raad en uitleg voor alles. Houd u er aan en beveel uw volk, dit alles stipt op te volgen. Ik zal u weldra de verblijfplaats der overtreders tonen
Surah Al-Araf, Verse 145


سَأَصۡرِفُ عَنۡ ءَايَٰتِيَ ٱلَّذِينَ يَتَكَبَّرُونَ فِي ٱلۡأَرۡضِ بِغَيۡرِ ٱلۡحَقِّ وَإِن يَرَوۡاْ كُلَّ ءَايَةٖ لَّا يُؤۡمِنُواْ بِهَا وَإِن يَرَوۡاْ سَبِيلَ ٱلرُّشۡدِ لَا يَتَّخِذُوهُ سَبِيلٗا وَإِن يَرَوۡاْ سَبِيلَ ٱلۡغَيِّ يَتَّخِذُوهُ سَبِيلٗاۚ ذَٰلِكَ بِأَنَّهُمۡ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَكَانُواْ عَنۡهَا غَٰفِلِينَ

Ik zal voorzeker degenen, die ten onrechte trots handelen op aarde weldra van Mijn tekenen afkeren; en hoewel zij alle tekenen zien, zullen zij er niet in geloven, en als zij het pad der rechtvaardigheid zien zullen zij dit als weg niet aanvaarden, maar indien zij het pad der dwaling zien, zullen zij deze als weg wel inslaan. Dat komt, omdat zij Onze tekenen verloochenden en er onachtzaam op waren
Surah Al-Araf, Verse 146


وَٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَلِقَآءِ ٱلۡأٓخِرَةِ حَبِطَتۡ أَعۡمَٰلُهُمۡۚ هَلۡ يُجۡزَوۡنَ إِلَّا مَا كَانُواْ يَعۡمَلُونَ

En zij, die Onze tekenen en de laatste Ontmoeting verloochenen - hun werken zullen verloren gaan. Zullen zij worden beloond, anders dan voor hetgeen zij deden
Surah Al-Araf, Verse 147


وَٱتَّخَذَ قَوۡمُ مُوسَىٰ مِنۢ بَعۡدِهِۦ مِنۡ حُلِيِّهِمۡ عِجۡلٗا جَسَدٗا لَّهُۥ خُوَارٌۚ أَلَمۡ يَرَوۡاْ أَنَّهُۥ لَا يُكَلِّمُهُمۡ وَلَا يَهۡدِيهِمۡ سَبِيلًاۘ ٱتَّخَذُوهُ وَكَانُواْ ظَٰلِمِينَ

En het volk van Mozes maakte van hun sieraden in zijn afwezigheid het lichaam van een kalf - dat een loeiende toon voortbracht. Zagen zij niet, dat het niet tot hen kon spreken, noch hen naar een goede weg leiden? Zij namen het, (als hun god) en zij waren overtreders
Surah Al-Araf, Verse 148


وَلَمَّا سُقِطَ فِيٓ أَيۡدِيهِمۡ وَرَأَوۡاْ أَنَّهُمۡ قَدۡ ضَلُّواْ قَالُواْ لَئِن لَّمۡ يَرۡحَمۡنَا رَبُّنَا وَيَغۡفِرۡ لَنَا لَنَكُونَنَّ مِنَ ٱلۡخَٰسِرِينَ

Toen zij wroeging gevoelden en zagen, dat zij inderdaad gedwaald hadden, zeiden zij: "Als onze Heer ons geen barmhartigheid betoont en ons vergeeft, zullen wij gewis tot de verliezers behoren
Surah Al-Araf, Verse 149


وَلَمَّا رَجَعَ مُوسَىٰٓ إِلَىٰ قَوۡمِهِۦ غَضۡبَٰنَ أَسِفٗا قَالَ بِئۡسَمَا خَلَفۡتُمُونِي مِنۢ بَعۡدِيٓۖ أَعَجِلۡتُمۡ أَمۡرَ رَبِّكُمۡۖ وَأَلۡقَى ٱلۡأَلۡوَاحَ وَأَخَذَ بِرَأۡسِ أَخِيهِ يَجُرُّهُۥٓ إِلَيۡهِۚ قَالَ ٱبۡنَ أُمَّ إِنَّ ٱلۡقَوۡمَ ٱسۡتَضۡعَفُونِي وَكَادُواْ يَقۡتُلُونَنِي فَلَا تُشۡمِتۡ بِيَ ٱلۡأَعۡدَآءَ وَلَا تَجۡعَلۡنِي مَعَ ٱلۡقَوۡمِ ٱلظَّـٰلِمِينَ

En toen Mozes verontwaardigd en bedroefd tot zijn volk terugkeerde, zeide hij: "Hetgeen gij in mijn afwezigheid deedt, was slecht. Hebt gij u gehaast vóór het gebod van uw Heer?" En hij legde de tafelen neder en greep zijn broeders haar en sleepte hem naar zich toe. Hij (Aäron) zeide: "Zoon van mijn moeder, het volk achtte mij inderdaad zwak en wilde mij doden. Laat zich de vijanden daarom niet over mij verblijden en plaats mij niet bij het onrechtvaardige volk
Surah Al-Araf, Verse 150


قَالَ رَبِّ ٱغۡفِرۡ لِي وَلِأَخِي وَأَدۡخِلۡنَا فِي رَحۡمَتِكَۖ وَأَنتَ أَرۡحَمُ ٱلرَّـٰحِمِينَ

Hij (Mozes) zeide: "Mijn Heer, vergeef mij en mijn broeder en laat ons tot Uw barmhartigheid toe want Gij zijt de Allergenadigste
Surah Al-Araf, Verse 151


إِنَّ ٱلَّذِينَ ٱتَّخَذُواْ ٱلۡعِجۡلَ سَيَنَالُهُمۡ غَضَبٞ مِّن رَّبِّهِمۡ وَذِلَّةٞ فِي ٱلۡحَيَوٰةِ ٱلدُّنۡيَاۚ وَكَذَٰلِكَ نَجۡزِي ٱلۡمُفۡتَرِينَ

Voorzeker, degenen die het kalf aanbaden zal de toorn van hun Heer en de vernedering in het tegenwoordig leven treffen En zo bejegenen Wij degenen, die een leugen verzinnen
Surah Al-Araf, Verse 152


وَٱلَّذِينَ عَمِلُواْ ٱلسَّيِّـَٔاتِ ثُمَّ تَابُواْ مِنۢ بَعۡدِهَا وَءَامَنُوٓاْ إِنَّ رَبَّكَ مِنۢ بَعۡدِهَا لَغَفُورٞ رَّحِيمٞ

Doch diegenen die kwaad doen en daarna berouw tonen en geloven, voorzeker uw Heer is dan Vergevensgezind, Genadevol
Surah Al-Araf, Verse 153


وَلَمَّا سَكَتَ عَن مُّوسَى ٱلۡغَضَبُ أَخَذَ ٱلۡأَلۡوَاحَۖ وَفِي نُسۡخَتِهَا هُدٗى وَرَحۡمَةٞ لِّلَّذِينَ هُمۡ لِرَبِّهِمۡ يَرۡهَبُونَ

Toen Mozes' toorn was gekalmeerd, nam hij de tafelen en er was leiding en barmhartigheid in het geschrift voor degenen, die hun Heer vrezen
Surah Al-Araf, Verse 154


وَٱخۡتَارَ مُوسَىٰ قَوۡمَهُۥ سَبۡعِينَ رَجُلٗا لِّمِيقَٰتِنَاۖ فَلَمَّآ أَخَذَتۡهُمُ ٱلرَّجۡفَةُ قَالَ رَبِّ لَوۡ شِئۡتَ أَهۡلَكۡتَهُم مِّن قَبۡلُ وَإِيَّـٰيَۖ أَتُهۡلِكُنَا بِمَا فَعَلَ ٱلسُّفَهَآءُ مِنَّآۖ إِنۡ هِيَ إِلَّا فِتۡنَتُكَ تُضِلُّ بِهَا مَن تَشَآءُ وَتَهۡدِي مَن تَشَآءُۖ أَنتَ وَلِيُّنَا فَٱغۡفِرۡ لَنَا وَٱرۡحَمۡنَاۖ وَأَنتَ خَيۡرُ ٱلۡغَٰفِرِينَ

En Mozes koos voor Onze ontmoeting zeventig mannen van zijn volk. Maar toen de aardbeving hen achterhaalde, zeide hj: "Mijn Heer, als het U had behaagd, kondet, Gij hen en mij voordien reeds hebben vernietigd. Wilt Gij ons verdelgen voor hetgeen de dommen onder ons hebben gedaan? Dit is niets dan een beproeving van U. Gij laat daardoor dwalen wie Gij wilt en Gij leidt wie Gij wilt. Gij zijt onze Beschermer , vergeef one daarom en toon ons barmhartigheid en Gij zijt de Beste Vergevensgezinde
Surah Al-Araf, Verse 155


۞وَٱكۡتُبۡ لَنَا فِي هَٰذِهِ ٱلدُّنۡيَا حَسَنَةٗ وَفِي ٱلۡأٓخِرَةِ إِنَّا هُدۡنَآ إِلَيۡكَۚ قَالَ عَذَابِيٓ أُصِيبُ بِهِۦ مَنۡ أَشَآءُۖ وَرَحۡمَتِي وَسِعَتۡ كُلَّ شَيۡءٖۚ فَسَأَكۡتُبُهَا لِلَّذِينَ يَتَّقُونَ وَيُؤۡتُونَ ٱلزَّكَوٰةَ وَٱلَّذِينَ هُم بِـَٔايَٰتِنَا يُؤۡمِنُونَ

En verorden het goede voor ons in deze wereld en in het Hiernamaals; wij zijn tot U gekomen." Allah antwoordde: "Ik zal Mijn straf opleggen aan wie Ik wil, maar Mijn barmhartigheid omvat alle dingen. Zo zal Ik het verordenen voor degenen die Mij vrezen en de Zakaat betalen en voor hen die in Onze tekenen geloven
Surah Al-Araf, Verse 156


ٱلَّذِينَ يَتَّبِعُونَ ٱلرَّسُولَ ٱلنَّبِيَّ ٱلۡأُمِّيَّ ٱلَّذِي يَجِدُونَهُۥ مَكۡتُوبًا عِندَهُمۡ فِي ٱلتَّوۡرَىٰةِ وَٱلۡإِنجِيلِ يَأۡمُرُهُم بِٱلۡمَعۡرُوفِ وَيَنۡهَىٰهُمۡ عَنِ ٱلۡمُنكَرِ وَيُحِلُّ لَهُمُ ٱلطَّيِّبَٰتِ وَيُحَرِّمُ عَلَيۡهِمُ ٱلۡخَبَـٰٓئِثَ وَيَضَعُ عَنۡهُمۡ إِصۡرَهُمۡ وَٱلۡأَغۡلَٰلَ ٱلَّتِي كَانَتۡ عَلَيۡهِمۡۚ فَٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ بِهِۦ وَعَزَّرُوهُ وَنَصَرُوهُ وَٱتَّبَعُواْ ٱلنُّورَ ٱلَّذِيٓ أُنزِلَ مَعَهُۥٓ أُوْلَـٰٓئِكَ هُمُ ٱلۡمُفۡلِحُونَ

Hun, die de boodschapper, de reine profeet volgen, die zij in de Torah en het Evangelie beschreven vinden, legt hij het goede op en verbiedt het kwade, veroortooft hun de goede dingen en verbiedt de slechte en ontheft hen van de last en de kluisters die hen bonden. Zij, die in hem geloven en hem eren en ondersteunen en het licht dat met hem is nedergezonden volgen, zullen gewis slagen
Surah Al-Araf, Verse 157


قُلۡ يَـٰٓأَيُّهَا ٱلنَّاسُ إِنِّي رَسُولُ ٱللَّهِ إِلَيۡكُمۡ جَمِيعًا ٱلَّذِي لَهُۥ مُلۡكُ ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضِۖ لَآ إِلَٰهَ إِلَّا هُوَ يُحۡيِۦ وَيُمِيتُۖ فَـَٔامِنُواْ بِٱللَّهِ وَرَسُولِهِ ٱلنَّبِيِّ ٱلۡأُمِّيِّ ٱلَّذِي يُؤۡمِنُ بِٱللَّهِ وَكَلِمَٰتِهِۦ وَٱتَّبِعُوهُ لَعَلَّكُمۡ تَهۡتَدُونَ

Zeg: "O mensdom, ik ben u allen tot een boodschapper van Allah, aan Wie het koninkrijk der hemelen en der aarde behoort. Er is geen God naast Hem. Hij geeft het leven en doet sterven. Gelooft daarom in Allah en Zijn boodschapper, de reine Profeet, die in Allah en Zijn woorden gelooft en volgt hem opdat gij recht geleid moogt worden
Surah Al-Araf, Verse 158


وَمِن قَوۡمِ مُوسَىٰٓ أُمَّةٞ يَهۡدُونَ بِٱلۡحَقِّ وَبِهِۦ يَعۡدِلُونَ

Er is een deel van het volk van Mozes dat tot waarheid aanspoort en daarmede rechtvaardig handelt
Surah Al-Araf, Verse 159


وَقَطَّعۡنَٰهُمُ ٱثۡنَتَيۡ عَشۡرَةَ أَسۡبَاطًا أُمَمٗاۚ وَأَوۡحَيۡنَآ إِلَىٰ مُوسَىٰٓ إِذِ ٱسۡتَسۡقَىٰهُ قَوۡمُهُۥٓ أَنِ ٱضۡرِب بِّعَصَاكَ ٱلۡحَجَرَۖ فَٱنۢبَجَسَتۡ مِنۡهُ ٱثۡنَتَا عَشۡرَةَ عَيۡنٗاۖ قَدۡ عَلِمَ كُلُّ أُنَاسٖ مَّشۡرَبَهُمۡۚ وَظَلَّلۡنَا عَلَيۡهِمُ ٱلۡغَمَٰمَ وَأَنزَلۡنَا عَلَيۡهِمُ ٱلۡمَنَّ وَٱلسَّلۡوَىٰۖ كُلُواْ مِن طَيِّبَٰتِ مَا رَزَقۡنَٰكُمۡۚ وَمَا ظَلَمُونَا وَلَٰكِن كَانُوٓاْ أَنفُسَهُمۡ يَظۡلِمُونَ

En Wij verdeelden hen in twaalf stammen, als afzonderlijke volkeren. En Wij openbaarden aan Mozes, toen zijn volk om drinken vroeg: "Sla de rots met uw staf" en er ontsprongen twaalf bronnen aan: elke stam kende zijn drinkplaats. En Wij deden wolken hen overschaduwen en Wij zonden Manna en kwartels voor hen neder. "Eet van de goede dingen, waarmede Wij u hebben voorzien." En zij deden Ons geen onrecht aan, maar zij schaadden zichzelf
Surah Al-Araf, Verse 160


وَإِذۡ قِيلَ لَهُمُ ٱسۡكُنُواْ هَٰذِهِ ٱلۡقَرۡيَةَ وَكُلُواْ مِنۡهَا حَيۡثُ شِئۡتُمۡ وَقُولُواْ حِطَّةٞ وَٱدۡخُلُواْ ٱلۡبَابَ سُجَّدٗا نَّغۡفِرۡ لَكُمۡ خَطِيٓـَٰٔتِكُمۡۚ سَنَزِيدُ ٱلۡمُحۡسِنِينَ

En toen er tot hen werd gezegd: "Woont in deze stad en eet ervan waar gij ook wilt en zegt: 'God, verlicht onze last', en gaat de poort in nederigheid binnen, Wij zullen u uw tekortkomingen vergeven. Wij zullen meer geven aan hen die goed doen
Surah Al-Araf, Verse 161


فَبَدَّلَ ٱلَّذِينَ ظَلَمُواْ مِنۡهُمۡ قَوۡلًا غَيۡرَ ٱلَّذِي قِيلَ لَهُمۡ فَأَرۡسَلۡنَا عَلَيۡهِمۡ رِجۡزٗا مِّنَ ٱلسَّمَآءِ بِمَا كَانُواْ يَظۡلِمُونَ

Maar de onrechtvaardigen onder hen vervingen het woord door een ander dat niet tot hen was gesproken. Daarom zonden Wij een kastijding van de hemel over hen neder omdat zij onrechtvaardig waren
Surah Al-Araf, Verse 162


وَسۡـَٔلۡهُمۡ عَنِ ٱلۡقَرۡيَةِ ٱلَّتِي كَانَتۡ حَاضِرَةَ ٱلۡبَحۡرِ إِذۡ يَعۡدُونَ فِي ٱلسَّبۡتِ إِذۡ تَأۡتِيهِمۡ حِيتَانُهُمۡ يَوۡمَ سَبۡتِهِمۡ شُرَّعٗا وَيَوۡمَ لَا يَسۡبِتُونَ لَا تَأۡتِيهِمۡۚ كَذَٰلِكَ نَبۡلُوهُم بِمَا كَانُواْ يَفۡسُقُونَ

En vraag hun omtrent de stad, die aan de zee lag. Toen zij de Sabbath ontheiligden verscheen vis op hun Sabbath aan de oppervlakte van het water, maar de dag waarop zij geen Sabbath hielden kwam zij niet tot hen. Zo beproefden Wij hen omdat zij overtreders waren
Surah Al-Araf, Verse 163


وَإِذۡ قَالَتۡ أُمَّةٞ مِّنۡهُمۡ لِمَ تَعِظُونَ قَوۡمًا ٱللَّهُ مُهۡلِكُهُمۡ أَوۡ مُعَذِّبُهُمۡ عَذَابٗا شَدِيدٗاۖ قَالُواْ مَعۡذِرَةً إِلَىٰ رَبِّكُمۡ وَلَعَلَّهُمۡ يَتَّقُونَ

Toen een gedeelte hunner zeide: "Waarom predikt gij tot een volk dat Allah wil vernietigen of met een strenge kastijding gaat straffen?" Het andere deel antwoordde: "Als een verontschuldiging tegenover uw Heer en opdat zij rechtvaardig mogen worden
Surah Al-Araf, Verse 164


فَلَمَّا نَسُواْ مَا ذُكِّرُواْ بِهِۦٓ أَنجَيۡنَا ٱلَّذِينَ يَنۡهَوۡنَ عَنِ ٱلسُّوٓءِ وَأَخَذۡنَا ٱلَّذِينَ ظَلَمُواْ بِعَذَابِۭ بَـِٔيسِۭ بِمَا كَانُواْ يَفۡسُقُونَ

En toen zij de vermaning vergaten redden Wij degenen die het kwade verboden en grepen de onrechtvaardigen met een strenge straf aan, omdat zij verkeerd handelden
Surah Al-Araf, Verse 165


فَلَمَّا عَتَوۡاْ عَن مَّا نُهُواْ عَنۡهُ قُلۡنَا لَهُمۡ كُونُواْ قِرَدَةً خَٰسِـِٔينَ

En toen zij overtraden, hetgeen hun was verboden, zeiden Wij tot hen: "Weest verachte apen
Surah Al-Araf, Verse 166


وَإِذۡ تَأَذَّنَ رَبُّكَ لَيَبۡعَثَنَّ عَلَيۡهِمۡ إِلَىٰ يَوۡمِ ٱلۡقِيَٰمَةِ مَن يَسُومُهُمۡ سُوٓءَ ٱلۡعَذَابِۗ إِنَّ رَبَّكَ لَسَرِيعُ ٱلۡعِقَابِ وَإِنَّهُۥ لَغَفُورٞ رَّحِيمٞ

En toen verkondigde uw Heer dat Hij dezulken zou zenden, die hen (de Joden) met een marteling zouden kwellen tot de dag der Opstanding. Voorzeker, uw Heer is vlug in vergelding en Hij is Vergevensgezind, Genadevol
Surah Al-Araf, Verse 167


وَقَطَّعۡنَٰهُمۡ فِي ٱلۡأَرۡضِ أُمَمٗاۖ مِّنۡهُمُ ٱلصَّـٰلِحُونَ وَمِنۡهُمۡ دُونَ ذَٰلِكَۖ وَبَلَوۡنَٰهُم بِٱلۡحَسَنَٰتِ وَٱلسَّيِّـَٔاتِ لَعَلَّهُمۡ يَرۡجِعُونَ

En Wij verdeelden hen in groepen over de aarde. Er zijn onder hen rechtvaardigen en er zijn onrechtvaardigen. Wij beproefden hen door voor- en tegenspoed, opdat zij zich mochten bekeren
Surah Al-Araf, Verse 168


فَخَلَفَ مِنۢ بَعۡدِهِمۡ خَلۡفٞ وَرِثُواْ ٱلۡكِتَٰبَ يَأۡخُذُونَ عَرَضَ هَٰذَا ٱلۡأَدۡنَىٰ وَيَقُولُونَ سَيُغۡفَرُ لَنَا وَإِن يَأۡتِهِمۡ عَرَضٞ مِّثۡلُهُۥ يَأۡخُذُوهُۚ أَلَمۡ يُؤۡخَذۡ عَلَيۡهِم مِّيثَٰقُ ٱلۡكِتَٰبِ أَن لَّا يَقُولُواْ عَلَى ٱللَّهِ إِلَّا ٱلۡحَقَّ وَدَرَسُواْ مَا فِيهِۗ وَٱلدَّارُ ٱلۡأٓخِرَةُ خَيۡرٞ لِّلَّذِينَ يَتَّقُونَۚ أَفَلَا تَعۡقِلُونَ

Na hen kwam er een boos geslacht dat het Boek erfde. Zij namen de goederen van deze wereld en zeiden: "Het zal ons worden vergeven." Maar als meer dergelijke goederen tot hen kwamen zouden zij deze ook hebben genomen. Werd de belofte in het Boek, dat zij van Allah slechts de waarheid zouden spreken, niet van hen afgenomen? En hebben zij hetgeen er in staat, niet gelezen? En het tehuis van het Hiernamaals is beter voor degenen, die (God) vrezen. Begrijpt gij dat niet
Surah Al-Araf, Verse 169


وَٱلَّذِينَ يُمَسِّكُونَ بِٱلۡكِتَٰبِ وَأَقَامُواْ ٱلصَّلَوٰةَ إِنَّا لَا نُضِيعُ أَجۡرَ ٱلۡمُصۡلِحِينَ

En die zich aan het Boek vasthouden en in het gebed volhardend zijn - voorzeker Wij doen de beloning der goeden niet verloren gaan
Surah Al-Araf, Verse 170


۞وَإِذۡ نَتَقۡنَا ٱلۡجَبَلَ فَوۡقَهُمۡ كَأَنَّهُۥ ظُلَّةٞ وَظَنُّوٓاْ أَنَّهُۥ وَاقِعُۢ بِهِمۡ خُذُواْ مَآ ءَاتَيۡنَٰكُم بِقُوَّةٖ وَٱذۡكُرُواْ مَا فِيهِ لَعَلَّكُمۡ تَتَّقُونَ

Toen Wij de berg (Sinaï) boven hen deden schudden alsof hij een losse bedekking was, dachten zij, dat deze op hen zou vallen; Wij zeiden: "Houdt u aan hetgeen Wij u hebben gegeven vast en gedenkt wat er in staat, opdat gij moogt worden behouden
Surah Al-Araf, Verse 171


وَإِذۡ أَخَذَ رَبُّكَ مِنۢ بَنِيٓ ءَادَمَ مِن ظُهُورِهِمۡ ذُرِّيَّتَهُمۡ وَأَشۡهَدَهُمۡ عَلَىٰٓ أَنفُسِهِمۡ أَلَسۡتُ بِرَبِّكُمۡۖ قَالُواْ بَلَىٰ شَهِدۡنَآۚ أَن تَقُولُواْ يَوۡمَ ٱلۡقِيَٰمَةِ إِنَّا كُنَّا عَنۡ هَٰذَا غَٰفِلِينَ

En toen uw Heer van Adams kinderen een nageslacht uit hun lendenen voortbracht, en hen deed getuigen over henzelf: "Ben ik uw Heer niet?" antwoordden zij: "Ja, wij getuigen" zodat gij op de Dag der Opstanding niet zoudt zeggen: "Wij waren ons hiervan zeker niet bewust
Surah Al-Araf, Verse 172


أَوۡ تَقُولُوٓاْ إِنَّمَآ أَشۡرَكَ ءَابَآؤُنَا مِن قَبۡلُ وَكُنَّا ذُرِّيَّةٗ مِّنۢ بَعۡدِهِمۡۖ أَفَتُهۡلِكُنَا بِمَا فَعَلَ ٱلۡمُبۡطِلُونَ

Of gij zolldt zeggen: "Het waren alleen onze vaderen die afgoderij bedreven en wij waren een geslacht na hen. Wilt Gij ons dan vernietigen om hetgeen de leugenaars deden
Surah Al-Araf, Verse 173


وَكَذَٰلِكَ نُفَصِّلُ ٱلۡأٓيَٰتِ وَلَعَلَّهُمۡ يَرۡجِعُونَ

En zo verklaren Wij de tekenen opdat zij zich mogen bekeren
Surah Al-Araf, Verse 174


وَٱتۡلُ عَلَيۡهِمۡ نَبَأَ ٱلَّذِيٓ ءَاتَيۡنَٰهُ ءَايَٰتِنَا فَٱنسَلَخَ مِنۡهَا فَأَتۡبَعَهُ ٱلشَّيۡطَٰنُ فَكَانَ مِنَ ٱلۡغَاوِينَ

En vertel hun het verhaal van de man die Wij Onze tekenen gaven, maar hij wendde zich af, daarom volgde Satan hem en hij werd verleid
Surah Al-Araf, Verse 175


وَلَوۡ شِئۡنَا لَرَفَعۡنَٰهُ بِهَا وَلَٰكِنَّهُۥٓ أَخۡلَدَ إِلَى ٱلۡأَرۡضِ وَٱتَّبَعَ هَوَىٰهُۚ فَمَثَلُهُۥ كَمَثَلِ ٱلۡكَلۡبِ إِن تَحۡمِلۡ عَلَيۡهِ يَلۡهَثۡ أَوۡ تَتۡرُكۡهُ يَلۡهَثۚ ذَّـٰلِكَ مَثَلُ ٱلۡقَوۡمِ ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَاۚ فَٱقۡصُصِ ٱلۡقَصَصَ لَعَلَّهُمۡ يَتَفَكَّرُونَ

En indien Wij wilden, konden Wij hem er door verheffen doch hij verkoos de aarde en volgde zijn begeerten, hij is als een hond: als gij hem achtervolgt laat deze zijn tong (uit de bek) hangen en indien gij hem met rust laat steekt hij ook zijn tong uit. Dit is het geval van de mensen, die Onze tekenen verloochenen. Vertel daarom deze gelijkenis opdat zij mogen nadenken
Surah Al-Araf, Verse 176


سَآءَ مَثَلًا ٱلۡقَوۡمُ ٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَأَنفُسَهُمۡ كَانُواْ يَظۡلِمُونَ

Slecht is de toestand van een volk dat Onze tekenen verloochent, het handelt onjuist tegen zichzelf
Surah Al-Araf, Verse 177


مَن يَهۡدِ ٱللَّهُ فَهُوَ ٱلۡمُهۡتَدِيۖ وَمَن يُضۡلِلۡ فَأُوْلَـٰٓئِكَ هُمُ ٱلۡخَٰسِرُونَ

Wie Allah leidt is op het rechte pad. En wie Hij laat dwalen, zal tot de verliezers behoren
Surah Al-Araf, Verse 178


وَلَقَدۡ ذَرَأۡنَا لِجَهَنَّمَ كَثِيرٗا مِّنَ ٱلۡجِنِّ وَٱلۡإِنسِۖ لَهُمۡ قُلُوبٞ لَّا يَفۡقَهُونَ بِهَا وَلَهُمۡ أَعۡيُنٞ لَّا يُبۡصِرُونَ بِهَا وَلَهُمۡ ءَاذَانٞ لَّا يَسۡمَعُونَ بِهَآۚ أُوْلَـٰٓئِكَ كَٱلۡأَنۡعَٰمِ بَلۡ هُمۡ أَضَلُّۚ أُوْلَـٰٓئِكَ هُمُ ٱلۡغَٰفِلُونَ

Voorwaar, Wij hebben menige djinn en mens geschapen wier einde de hel zal zijn. Zij hebben harten maar begrijpen er niet mede en zij hebben ogen maar zij zien er niet mede en zij hebben oren maar zij horen er niet mede. Zij zijn als vee, neen zij dwalen nog meer (dan dit), zij zijn de achtelozen
Surah Al-Araf, Verse 179


وَلِلَّهِ ٱلۡأَسۡمَآءُ ٱلۡحُسۡنَىٰ فَٱدۡعُوهُ بِهَاۖ وَذَرُواْ ٱلَّذِينَ يُلۡحِدُونَ فِيٓ أَسۡمَـٰٓئِهِۦۚ سَيُجۡزَوۡنَ مَا كَانُواْ يَعۡمَلُونَ

Aan Allah behoren alle goede eigenschappen. Roept Hem daarbij aan. En laat degenen, die ten opzichte van Zijn eigenschappen van de rechte weg afwijken, met rust. Hun zal worden vergolden naar hetgeen zij hebben bedreven
Surah Al-Araf, Verse 180


وَمِمَّنۡ خَلَقۡنَآ أُمَّةٞ يَهۡدُونَ بِٱلۡحَقِّ وَبِهِۦ يَعۡدِلُونَ

En er is onder hen die Wij hebben geschapen een volk, dat de mensen met waarheid leidt en rechtvaardig oordeelt
Surah Al-Araf, Verse 181


وَٱلَّذِينَ كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا سَنَسۡتَدۡرِجُهُم مِّنۡ حَيۡثُ لَا يَعۡلَمُونَ

En degenen, die Onze tekenen verwerpen zullen Wij geleidelijk aangrijpen, op een wijze die zij niet verwachten
Surah Al-Araf, Verse 182


وَأُمۡلِي لَهُمۡۚ إِنَّ كَيۡدِي مَتِينٌ

Ik geef hun uitstel. Mijn plan is voorzeker machtig
Surah Al-Araf, Verse 183


أَوَلَمۡ يَتَفَكَّرُواْۗ مَا بِصَاحِبِهِم مِّن جِنَّةٍۚ إِنۡ هُوَ إِلَّا نَذِيرٞ مُّبِينٌ

Hebben zij er niet over nagedacht dat er in hun metgezel (Mohammed) geen krankzinnigheid is? Hij is slechts een duidelijk waarschuwer
Surah Al-Araf, Verse 184


أَوَلَمۡ يَنظُرُواْ فِي مَلَكُوتِ ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضِ وَمَا خَلَقَ ٱللَّهُ مِن شَيۡءٖ وَأَنۡ عَسَىٰٓ أَن يَكُونَ قَدِ ٱقۡتَرَبَ أَجَلُهُمۡۖ فَبِأَيِّ حَدِيثِۭ بَعۡدَهُۥ يُؤۡمِنُونَ

Hebben zij het koninkrijk der hemelen en der aarde en alle dingen die Allah geschapen heeft, niet bekeken? En dat hun termijn waarschijnlijk reeds naderbij is gekomen? In welk woord zullen zij dan daarna geloven
Surah Al-Araf, Verse 185


مَن يُضۡلِلِ ٱللَّهُ فَلَا هَادِيَ لَهُۥۚ وَيَذَرُهُمۡ فِي طُغۡيَٰنِهِمۡ يَعۡمَهُونَ

En wie Allah laat dwalen, voor hem kan er geen gids zijn. Hij laat dezulken in hun koppigheid blindelings zwerven
Surah Al-Araf, Verse 186


يَسۡـَٔلُونَكَ عَنِ ٱلسَّاعَةِ أَيَّانَ مُرۡسَىٰهَاۖ قُلۡ إِنَّمَا عِلۡمُهَا عِندَ رَبِّيۖ لَا يُجَلِّيهَا لِوَقۡتِهَآ إِلَّا هُوَۚ ثَقُلَتۡ فِي ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضِۚ لَا تَأۡتِيكُمۡ إِلَّا بَغۡتَةٗۗ يَسۡـَٔلُونَكَ كَأَنَّكَ حَفِيٌّ عَنۡهَاۖ قُلۡ إِنَّمَا عِلۡمُهَا عِندَ ٱللَّهِ وَلَٰكِنَّ أَكۡثَرَ ٱلنَّاسِ لَا يَعۡلَمُونَ

Vragen zij u omtrent het uur, wanneer het zal plaatsvinden? Zeg: "De kennis daarvan is slechts bij mijn Heer. Niemand dan Hij kan het op zijn tijd openbaren. Het rust zwaar op de hemel en op de aarde. Het zal slechts onverwacht tot u komen. Zij ondervragen u of gij er goed van op de hoogte zijt. Zeg: "De kennis er van is slechts bij Allah, maar de meeste mensen weten het niet
Surah Al-Araf, Verse 187


قُل لَّآ أَمۡلِكُ لِنَفۡسِي نَفۡعٗا وَلَا ضَرًّا إِلَّا مَا شَآءَ ٱللَّهُۚ وَلَوۡ كُنتُ أَعۡلَمُ ٱلۡغَيۡبَ لَٱسۡتَكۡثَرۡتُ مِنَ ٱلۡخَيۡرِ وَمَا مَسَّنِيَ ٱلسُّوٓءُۚ إِنۡ أَنَا۠ إِلَّا نَذِيرٞ وَبَشِيرٞ لِّقَوۡمٖ يُؤۡمِنُونَ

Zeg: "Ik heb buiten hetgeen Allah wil, geen macht over goed of kwaad voor mijzelf. En als ik het onzienlijke kende zou ik een overvloed van goed hebben bemachtigd en het kwade zou mij niet hebben gedeerd. Ik ben slechts een waarschuwer en een drager van goede tijding voor een volk dat gelooft
Surah Al-Araf, Verse 188


۞هُوَ ٱلَّذِي خَلَقَكُم مِّن نَّفۡسٖ وَٰحِدَةٖ وَجَعَلَ مِنۡهَا زَوۡجَهَا لِيَسۡكُنَ إِلَيۡهَاۖ فَلَمَّا تَغَشَّىٰهَا حَمَلَتۡ حَمۡلًا خَفِيفٗا فَمَرَّتۡ بِهِۦۖ فَلَمَّآ أَثۡقَلَت دَّعَوَا ٱللَّهَ رَبَّهُمَا لَئِنۡ ءَاتَيۡتَنَا صَٰلِحٗا لَّنَكُونَنَّ مِنَ ٱلشَّـٰكِرِينَ

Hij is het, Die u uit een enkele ziel heeft geschapen en daaruit haar gade maakte, opdat deze troost in haar mocht vinden. En nadat hij haar bekend heeft, draagt zij een lichte last en gaat er mede rond. En wanneer deze zwaar wordt, bidden zij beiden tot Allah hun Heer: "Als Gij ons een goed kind geeft, zullen wij zeker tot de dankbaren behoren
Surah Al-Araf, Verse 189


فَلَمَّآ ءَاتَىٰهُمَا صَٰلِحٗا جَعَلَا لَهُۥ شُرَكَآءَ فِيمَآ ءَاتَىٰهُمَاۚ فَتَعَٰلَى ٱللَّهُ عَمَّا يُشۡرِكُونَ

Maar als Hij hun een welgeschapen kind geeft, schrijven zij deelgenoten aan Hem toe, betreffende hetgeen Hij hun beiden heeft gegeven. Maar Allah is verheven boven hetgeen zij met Hem vereenzelvigen
Surah Al-Araf, Verse 190


أَيُشۡرِكُونَ مَا لَا يَخۡلُقُ شَيۡـٔٗا وَهُمۡ يُخۡلَقُونَ

Vereenzelvigen zij met Allah degenen die niets scheppen terwijl deze zelf geschapen zijn
Surah Al-Araf, Verse 191


وَلَا يَسۡتَطِيعُونَ لَهُمۡ نَصۡرٗا وَلَآ أَنفُسَهُمۡ يَنصُرُونَ

En zij kunnen anderen geen hulp verlenen noch kunnen zij zichzelf helpen
Surah Al-Araf, Verse 192


وَإِن تَدۡعُوهُمۡ إِلَى ٱلۡهُدَىٰ لَا يَتَّبِعُوكُمۡۚ سَوَآءٌ عَلَيۡكُمۡ أَدَعَوۡتُمُوهُمۡ أَمۡ أَنتُمۡ صَٰمِتُونَ

En als gij hen tot leiding roept zullen zij u niet volgen. Het is gelijk of gij hen roept of zwijgt
Surah Al-Araf, Verse 193


إِنَّ ٱلَّذِينَ تَدۡعُونَ مِن دُونِ ٱللَّهِ عِبَادٌ أَمۡثَالُكُمۡۖ فَٱدۡعُوهُمۡ فَلۡيَسۡتَجِيبُواْ لَكُمۡ إِن كُنتُمۡ صَٰدِقِينَ

Voorwaar, degenen die gij naast Allah aanroept zijn dienaren, zoals gij. Roept hen dan aan en laat hen u verhoren als gij waarheid spreekt
Surah Al-Araf, Verse 194


أَلَهُمۡ أَرۡجُلٞ يَمۡشُونَ بِهَآۖ أَمۡ لَهُمۡ أَيۡدٖ يَبۡطِشُونَ بِهَآۖ أَمۡ لَهُمۡ أَعۡيُنٞ يُبۡصِرُونَ بِهَآۖ أَمۡ لَهُمۡ ءَاذَانٞ يَسۡمَعُونَ بِهَاۗ قُلِ ٱدۡعُواْ شُرَكَآءَكُمۡ ثُمَّ كِيدُونِ فَلَا تُنظِرُونِ

Hebben zij voeten waarmede zij lopen of hebben zij handen waarmede zij vasthouden, of hebben zij ogen waarmede zij zien of hebben zij oren waarmede zij horen? Zeg: "Roept de deelgenoten aan. Smeedt plannen tegen mij (profeet) en geeft mij geen uitstel
Surah Al-Araf, Verse 195


إِنَّ وَلِـِّۧيَ ٱللَّهُ ٱلَّذِي نَزَّلَ ٱلۡكِتَٰبَۖ وَهُوَ يَتَوَلَّى ٱلصَّـٰلِحِينَ

Waarlijk, mijn Beschermer is alleen Allah Die het Boek (de Koran) heeft geopenbaard. En Hij is de Beschermer der goeden
Surah Al-Araf, Verse 196


وَٱلَّذِينَ تَدۡعُونَ مِن دُونِهِۦ لَا يَسۡتَطِيعُونَ نَصۡرَكُمۡ وَلَآ أَنفُسَهُمۡ يَنصُرُونَ

En zij, die gij naast Hem aanroept hebben geen macht om u te helpen noch kunnen zij zichzelf helpen
Surah Al-Araf, Verse 197


وَإِن تَدۡعُوهُمۡ إِلَى ٱلۡهُدَىٰ لَا يَسۡمَعُواْۖ وَتَرَىٰهُمۡ يَنظُرُونَ إِلَيۡكَ وَهُمۡ لَا يُبۡصِرُونَ

En als gij hen tot leiding uitnodigt horen zij u niet. En gij ziet hen naar u kijken maar zij zien niet
Surah Al-Araf, Verse 198


خُذِ ٱلۡعَفۡوَ وَأۡمُرۡ بِٱلۡعُرۡفِ وَأَعۡرِضۡ عَنِ ٱلۡجَٰهِلِينَ

Neig u tot vergiffenis en spoor tot vriendelijkheid aan en wend u van de onwetenden af
Surah Al-Araf, Verse 199


وَإِمَّا يَنزَغَنَّكَ مِنَ ٱلشَّيۡطَٰنِ نَزۡغٞ فَٱسۡتَعِذۡ بِٱللَّهِۚ إِنَّهُۥ سَمِيعٌ عَلِيمٌ

En als een boze ingeving van Satan u (tot het kwade) aanspoort, zoek dan uw toevlucht bij Allah; voorzeker, Hij is Alhorend, Alwetend
Surah Al-Araf, Verse 200


إِنَّ ٱلَّذِينَ ٱتَّقَوۡاْ إِذَا مَسَّهُمۡ طَـٰٓئِفٞ مِّنَ ٱلشَّيۡطَٰنِ تَذَكَّرُواْ فَإِذَا هُم مُّبۡصِرُونَ

Degenen die (God) vrezen, wanneer hen een boze neiging van Satan overvalt, gedenken Allah en ziet, zij zijn ziende
Surah Al-Araf, Verse 201


وَإِخۡوَٰنُهُمۡ يَمُدُّونَهُمۡ فِي ٱلۡغَيِّ ثُمَّ لَا يُقۡصِرُونَ

En hun broederen trachten hen te doen toenemen in dwaling, doch zij falen niet
Surah Al-Araf, Verse 202


وَإِذَا لَمۡ تَأۡتِهِم بِـَٔايَةٖ قَالُواْ لَوۡلَا ٱجۡتَبَيۡتَهَاۚ قُلۡ إِنَّمَآ أَتَّبِعُ مَا يُوحَىٰٓ إِلَيَّ مِن رَّبِّيۚ هَٰذَا بَصَآئِرُ مِن رَّبِّكُمۡ وَهُدٗى وَرَحۡمَةٞ لِّقَوۡمٖ يُؤۡمِنُونَ

En wanneer gij hun geen teken brengt, zeggen zij: "Waarom verzint gij het niet? " Antwoord: "Ik volg alleen hetgeen mij van mijn Heer wordt geopenbaard." Dit zijn de bewijzen van uw Heer en een leiding en een barmhartigheid voor een volk, dat gelooft
Surah Al-Araf, Verse 203


وَإِذَا قُرِئَ ٱلۡقُرۡءَانُ فَٱسۡتَمِعُواْ لَهُۥ وَأَنصِتُواْ لَعَلَّكُمۡ تُرۡحَمُونَ

En wanneer de Koran wordt voorgedragen, luistert er naar en weest stil, opdat u barmhartigheid moge geschieden
Surah Al-Araf, Verse 204


وَٱذۡكُر رَّبَّكَ فِي نَفۡسِكَ تَضَرُّعٗا وَخِيفَةٗ وَدُونَ ٱلۡجَهۡرِ مِنَ ٱلۡقَوۡلِ بِٱلۡغُدُوِّ وَٱلۡأٓصَالِ وَلَا تَكُن مِّنَ ٱلۡغَٰفِلِينَ

En gedenk uw Heer, 's morgens en 's avonds in uw gedachte met nederigheid en vrees en zonder luidruchtigheid van spraak en behoor niet tot de onachtzamen
Surah Al-Araf, Verse 205


إِنَّ ٱلَّذِينَ عِندَ رَبِّكَ لَا يَسۡتَكۡبِرُونَ عَنۡ عِبَادَتِهِۦ وَيُسَبِّحُونَهُۥ وَلَهُۥ يَسۡجُدُونَۤ۩

Waarlijk, degenen die dicht bij uw Heer zijn wenden zich niet met trots van Zijn aanbidding af doch zij verheerlijken Hem en werpen zich voor Hem neder
Surah Al-Araf, Verse 206


Author: Van De Taal


<< Surah 6
>> Surah 8

Danish Translations by other Authors


Danish Translation By Hadi Abdollahian
Danish Translation By Van De Taal
Popular Areas
Apartments for rent in Dubai Apartments for rent Abu Dhabi Villas for rent in Dubai House for rent Abu Dhabi Apartments for sale in Dubai Apartments for sale in Abu Dhabi Flat for rent Sharjah
Popular Searches
Studios for rent in UAE Apartments for rent in UAE Villas for rent in UAE Apartments for sale in UAE Villas for sale in UAE Land for sale in UAE Dubai Real Estate
Trending Areas
Apartments for rent in Dubai Marina Apartments for sale in Dubai Marina Villa for rent in Sharjah Villa for sale in Dubai Flat for rent in Ajman Studio for rent in Abu Dhabi Villa for rent in Ajman
Trending Searches
Villa for rent in Abu Dhabi Shop for rent in Dubai Villas for sale in Ajman Studio for rent in Sharjah 1 Bedroom Apartment for rent in Dubai Property for rent in Abu Dhabi Commercial properties for sale
© Copyright Dubai Prayer Time. All Rights Reserved
Designed by Prayer Time In Dubai