وَلَقَدِ ٱسۡتُهۡزِئَ بِرُسُلٖ مِّن قَبۡلِكَ فَأَمۡلَيۡتُ لِلَّذِينَ كَفَرُواْ ثُمَّ أَخَذۡتُهُمۡۖ فَكَيۡفَ كَانَ عِقَابِ
Voorzeker boodschappers werden vóór u ook bespot, maar Ik schonk uitstel aan de ongelovigen. Dan greep Ik hen en hoe (vreselijk) was Mijn straf
Author: Van De Taal