Surah Ar-Rad Verse 33 - Danish Translation by Van De Taal
Surah Ar-Radأَفَمَنۡ هُوَ قَآئِمٌ عَلَىٰ كُلِّ نَفۡسِۭ بِمَا كَسَبَتۡۗ وَجَعَلُواْ لِلَّهِ شُرَكَآءَ قُلۡ سَمُّوهُمۡۚ أَمۡ تُنَبِّـُٔونَهُۥ بِمَا لَا يَعۡلَمُ فِي ٱلۡأَرۡضِ أَم بِظَٰهِرٖ مِّنَ ٱلۡقَوۡلِۗ بَلۡ زُيِّنَ لِلَّذِينَ كَفَرُواْ مَكۡرُهُمۡ وَصُدُّواْ عَنِ ٱلسَّبِيلِۗ وَمَن يُضۡلِلِ ٱللَّهُ فَمَا لَهُۥ مِنۡ هَادٖ
Zal Hij, Die over elke ziel waakt ten aanzien van hetgeen zij verdient (hen dan laten gaan)? Toch kennen zij medegoden aan Allah toe. Zeg: "Noemt hen." Zoudt gij Hem willen inlichten over hetgeen Hem op aarde onbekend was? Of is het slechts een ledig gezegde? Neen, maar het plan der ongelovigen is voor hen schoonschijnend gemaakt en zij worden van de juiste weg teruggehouden. En hij, die Allah laat dwalen zal geen helper vinden